0701 Arbeidsduur
Paritair (sub-)Comité nr.:
126.00.00-00.00
Bijwerking: 24/04/2012
Geldig vanaf: 15/06/2011
CAO van 15 juni 2011
Geldigheid: 01/01/2011 - onbepaalde duur
De conventionele arbeidsduur is vastgesteld op gemiddeld 37 u 20 per week.
In het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking werd op 15 juni 2011 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de arbeidsduur. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 13 juli 2011 onder het nr. 104748/CO/126. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 29 juli 2011.
Op 23 november 2011 werd bovendien een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot regeling van de toepassingsmodaliteiten van de overeenkomst betreffende de arbeidsduur. Zij werd neergelegd op de Griffie van de Dienst der collectieve arbeidsbetrekkingen en geregistreerd op 22 december 2011 onder het nr. 107551/CO/126. Het bericht van neerlegging verscheen in het Belgisch Staatsblad van 20 januari 2012.
Wij geven U hierna de integrale tekst van beide CAO's.
A. CAO betreffende de arbeidsduur
HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied
Artikel 1
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werklieden van de ondernemingen welke onder het Paritair comité voor de stoffering en de houtbewerking ressorteren. Met werklieden" worden de werklieden en werksters bedoeld.
HOOFDSTUK II - Arbeidsduur
Artikel 2
De conventionele arbeidsduur is vastgesteld op gemiddeld 37 u 20 per week.
Artikel 2bis
In afwijking hiervan kan de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur verhoogd worden tot 38 uur per week.
Hiertoe dienen de ondememingen een ondememingsCAO af te sluiten en deze binnen de 10 dagen ter kennisgeving op te sturen naar de voorzitter van het paritair comité en ter registratie neer te leggen bij de Griffie van de Dienst Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de FOD Werk.
In de ondememingen met een syndicale afvaardiging voor de arbeiders wordt deze CAO ondertekend door de gewestelijke secrctarissen van de vakorganisaties vertegenwoordigd in deze syndicale afvaardiging en, in voorkomend geval van het CPBW.
In de ondernemingen die niet beschikken over een syndicale afvaardiging voor de arbeiders, is de ondertekening vereist van deze CAO door de gewestelijke secretarissen van minstens twee vakorganisaties.
Deze ondernemingsCAO kan in voege treden zodra deze werd geregistreerd.
Artikel 3
Op het vlak van de onderneming, kan de arbeidsduurvermindering worden verwezenlijkt met toekenning van compensatiedagen. Deze regeling moet het voorwerp uitmaken van een onderhandeling en van een schriftelijke overeenkomst op ondernemingsvlak in de ondernemingsraad of bij ontstentenis met de syndicale delegatie of bij ontstentenis in het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen of bij ontstentenis met de vertegenwoordiger(s) van de werknemersorganisaties. De aldus gesloten overeenkomst zal ter kennis worden gebracht van het beperkt Paritair comité. De modaliteiten tot uitvoering van de arbeidsduurvermindering worden bepaald door het Paritair comité. Het beperkt Paritair comité is eveneens bevoegd voor alle geschillen die voortvloeien of kunnen voortvloeien uit toepassing van dit artikel.
Artikel 4
Indien de arbeidsduurvermindering wordt verwezenlijkt met toekenning van compensatiedagen, zal de betaling van de compensatiedagen waarop de werklieden het recht hebben verworven ten laste zijn van de werkgever bij wie de werklieden in dienst zijn. De berekening van het loon voor de compensatiedagen gebeurt volgens de bepalingen voorzien in de wetgeving op de betaalde feestdagen. Het recht op de compensatiedagen wordt verkregen naar rata van de werkelijk gepresteerde en/of daarmee gelijkgestelde dagen.
Worden met werkelijke prestaties gelijkgesteld:
- de dagen jaarlijkse vakantie waarop de werknemer recht heeft en de geheel en/of gedeeltelijke betaalde feestdagen;
- klein verlet, syndicale vorming, betaald educatief verlof, de compensatierustdagen zelf, verlof om dringende familiale redenen en verplichte wederoproeping onder de wapens;
- de gerecupereerde overuren;
- de carensdag bij arbeidsongeschiktheid;
- de dagen die recht geven op de betaling van een gewaarborgd week- of maandloon bij ziekte, beroepsziekte, ongeval of arbeidsongeval en de eerste 30 dagen van de bevallingsrust;
- de dagen die recht geven op een uitkering vaderschapsverlof.
Artikel 5
Indien de compensatiedagen samenvallen met een periode van schorsing van de arbeidsovereenkomst, gebeurt de betaling ervan door de werkgever voor de reeds verworven compensatiedagen.
Artikel 6
Bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst door één der partijen en bij oproeping onder de wapens of bij burgerdienst, heeft de werknemer recht op dat deel van de compensatiedagen dat hij nog niet heeft genoten, en dit volgens de berekeningswijze voorzien in artikel 4, mits aftrek van de compensatiedagen die de werknemer reeds heeft genoten. De werkgever levert een attest af (volgens bijgaand model) waaruit de betaling blijkt van de al dan niet genomen compensatiedagen.
Artikel 7
De compensatiedagen mogen van het ene jaar niet overgedragen worden naar het volgende jaar.
HOOFDSTUK III - Afwijkingen op de wekelijkse verdeling van de arbeidsduur
(...) Commentaar: zie onze sectorale documentatie Hfdst. 0702.
HOOFDSTUK IV - Geldigheid
Artikel 11
Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 1993, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 september 1994 verschenen in het Belgisch staatsblad van 9 november 1994.
Artikel 12
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003 en is gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij kan door één der partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair comité voor de stoffering en de houtbewerking.
Bijlage
Attest (af te leveren bij uitdiensttreding )
Ondergetekende (naam werkgever of onderneming) ..............................................................
verklaart dat (naam werknemer) ..............................................................
geboren op .................... uit dienst op ..............................................................
1. .......... (aantal) compensatiedagen in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 maart 2003 mbt arbeidsduurvermindering heeft opgenomen op datum van ............................
2. ........... (aantal) compensatiedagen niet heeft genomen maar dat deze wel uitbetaald werden.
Opgemaakt te .............................................................., op ..............................................................
B. CAO ter regeling van de modaliteiten
HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied
Artikel 1
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de stoffering en hout-bewerking.
HOOFDSTUK II - Arbeidsduurregeling
Artikel 2
In toepassing van art. 3 en art. 4 van de CAO van 15 juni 2011 zijn onderstaande arbeidsduurregelingen mogelijk :
Compensatiedagen |
Aantal arbeidsdagen nodig om het recht te verkrijgen (*) |
|
37u20 week | geen | niet van toepassing |
37u30 week | 1 dag | 260 dagen |
38u00 week | 4 dagen | 65 dagen |
38u20 week | 6 dagen | 43 dagen |
38u30 week | 7 dagen | 37 dagen |
39u00 week | 10 dagen | 26 dagen |
39u30 week | 13 dagen | 20 dagen |
40u00 week | 16 dagen | 16 dagen |
Artikel 3
In toepassing van artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van de Nationale arbeidsraad van 27 februari 1981, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 september 1981, heeft de deeltijdse werknemer een geproratiseerd recht op betaalde compensatiedagen (**).
HOOFDSTUK III - Geldigheid
Artikel 4
Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 15 juni 2011 en is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan door één der partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden betekend bij een ter post aangetekend schrijven, gericht aan de Voorzitter van de Paritair comité voor de stoffering en de houtbewerking.
Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2009, die ophoudt van toepassing te zijn vanaf 15 juni 2011.
(*) Wanneer, bij de berekening van het aantal compensatiedagen geen volledige schijf van arbeidsdagen wordt verkregen, wordt een afrondingsregel toegepast. De werknemer krijgt dan recht op één bijkomende compensatiedag als er een saldo overblijft van:
37 u 30/week: 131 dagen
38 u 00/week: 33 dagen
38 u 20/week: 22 dagen
38 u 30/week: 19 dagen
39 u 00/week: 13 dagen
39 u 30/week: 11 dagen
40 u 00/week: 8 dagen
die werkelijk gepresteerd werden ol met gepresteerde dagen zijn gelijkgesteld.
(**) Voorbeeld 1: toepassing 39-urenweek, 10 betaalde compensatiedagen. Een deeltijdse werknemer werkt alle dagen van de week. 4 uren per dag. Hij heeft recht op 10 compensatiedagen in zijn arbeidsregime.
Voorheeld 2: toepassing 39-urenweek. 10 betaalde compensatiedagen. Een deeltijdse werknemer werkt 2 dagen op 5. Bij volledige tewerkstelling gedurende het jaar heeft deze werknemer recht op 2/5 x 10 = 4 betaalde compensatiedagen. die samenvallen met dagen waarop hij normaal tewerkgesteld zou zijn geweest. Is er geen volledige tewerkstelling gevveest. dan wordt het recht op betaalde compensatierust vastgelegd volgens de algemene regel van 1 dag per schijf van 26 gewerkte of gelijkgestelde dagen.
Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.
Datum CAO
23/11/2011 |
Registratienr
107551 |
Geldig van
15/06/2011 |
Geldig tot
- |
Neerleggingsdatum
29/11/2011 |
Registratiedatum
22/12/2011 |
||
Onderwerp
arbeidsduur |
|||
BS Bericht van neerlegging
20/01/2012 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
20/02/2013 |
Gepubliceerd in het B.St. van
11/06/2013 |
||
Keywords
ARBEIDSDUURVERMINDERING |
Datum CAO
15/06/2011 |
Registratienr
104748 |
Geldig van
01/01/2011 |
Geldig tot
- |
Neerleggingsdatum
21/06/2011 |
Registratiedatum
13/07/2011 |
||
Onderwerp
arbeidsduur |
|||
BS Bericht van neerlegging
29/07/2011 |
Algemeen verbindend verklaring
- |
||
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
20/12/2012 |
Gepubliceerd in het B.St. van
18/01/2013 |
||
Keywords
ARBEIDSDUURFLEXIBILITEIT |
Historiek | ||
---|---|---|
15/06/2011 | 31/12/2999 | 0701 Arbeidsduur |
01/01/2011 | 14/06/2011 | 0701 Arbeidsduur |
01/01/2009 | 31/12/2010 | 0701 Arbeidsduur |
01/01/2003 | 31/12/2008 | 0701 Arbeidsduur |
01/01/1993 | 31/12/2002 | 0701 Arbeidsduur |