40 Deeltijdse arbeid

Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00, 119.02.00-00.00, 119.03.00-00.00

Bijwerking: 16/01/1992
Geldig vanaf: 01/05/1991

Minimale wekelijkse arbeidsduur: regel van 1/3-tijd.

Minimale arbeidsduur per prestatie: 3 uren.

In het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren werd op 10 april 1991 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten betreffende de deeltijdse arbeid (KB 18 september 1991, BS 8 november 1991).

1. Minimale wekelijkse arbeidsduur

Bij gebrek aan collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in het paritair comité mag de wekelijkse arbeidsduur van de deeltijdse werknemer niet korter zijn dan een derde van de wekelijkse arbeidsduur van een voltijdse werknemer van dezelfde categorie in de onderneming. Indien er in de onderneming geen voltijdse werknemers zijn van dezelfde categorie, dan moet er gekeken worden naar de arbeidsduur die van toepassing is in dezelfde activiteitssector (wettelijke uitzonderingen: werkgevers en werknemers uitgesloten uit toepassingsgebied van de Sociale Zekerheid, werknemers en werkgevers verbonden door een arbeidsovereenkomst voor minstens 4 arbeidsuren per dag en met vervulling van verschillende voorwaarden terzelfder tijd, arbeiders met een vast uurrooster die uitsluitend de bedrijfslokalen van de werkgever schoonmaken).

Tekst cao 10/04/1991:

De minimale wekelijkse arbeidsduur van de deeltijds tewerkgestelde werknemers die vastgesteld is op een derde van de wekelijkse arbeidsduur van de voltijds tewerkgestelde werknemers door artikel 11bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, is niet van toepassing op de volgende personen :

  1. de werklieden en werksters en de werkgevers, verbonden door een arbeidsovereenkomst die dagprestaties van minimaal 4 uur voorziet en die tegelijkertijd voldoet aan de volgende voorwaarden:

    • de in de arbeidsovereenkomst voorziene prestaties moeten verricht worden volgens een vast uurrooster dat vermeld is in de arbeidsovereenkomst en in het arbeidsreglement;
    • de arbeidsovereenkomst bepaalt dat bijkomende prestaties uitgesloten zijn behalve wanneer zij rechtstreeks voorafgaan aan of volgen op de in de arbeidsovereenkomst vermelde prestaties;
    • de arbeidsovereenkomst bepaalt dat de prestaties, die verricht worden boven de grenzen vastgelegd in de arbeidsovereenkomst recht geven op een vermeerdering van loon, zoals bepaald bij artikel 29, § 1 van de arbeidswet van 16 maart 1971;
  2. de werklieden en werksters tewerkgesteld in het raam van een vast uurrooster waarvan het werk er uitsluitend in bestaat de lokalen waarin hun werkgever voor beroepsdoeleinden gevestigd is, schoon te maken.

2. Minimale dagelijkse arbeidsduur/per prestatie

De duur van elke arbeidsperiode mag niet minder dan 3 uren bedragen.

Historiek
01/05/1991 31/12/2999 40 Deeltijdse arbeid