18 Werkkledij

Paritair (sub-)Comité nr.:
119.01.00-00.00, 119.02.00-00.00, 119.03.00-00.00

Bijwerking: 20/03/2020
Geldig vanaf: 01/07/2019
Geldig tot: 30/06/2021

De werkgevers van de handel in voedingswaren zijn gehouden de arbeidskledij ter beschikking te stellen van de arbeiders en arbeidsters en ze te onderhouden.

De kost voor de onderneming hiervan, geschat worden per ondeelbare week, op:

  • 3,61 EUR voor het ter beschikking stellen van de arbeidskledij;
  • 3,61 EUR voor het onderhoud en het wassen.

In het Paritair Comité van handel in voedingswaren werd een collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het dragen van de werk- en beschermingskledij op 21 november 1961 gesloten. Ze werd algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 17 augustus 1962 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 29 augustus 1962.

Deze CAO werd gewijzigd door:

  • de CAO van 14 juni 1962 (K.B. 06/12/1962; B.S. 09/01/1963);
  • de CAO van 11 mei 1967 (K.B. 04/09/1967; B.S. 05/10/1967);
  • de CAO van 15 februari 1968 (K.B. 22/05/1967; B.S. 19/07/1968);
  • de CAO van 25 augustus 1970 (K.B. 21/01/1971; B.S. 06/03/1971).
  • de CAO van 10 september 2003 (nr. 68036).

Op 18 februari 2020 werd in hetzelfde Paritair Comité een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten betreffende de uitrustingskledij levering, onderhoud en wassen van de arbeidskledij (nr. 157715/CO/119).

We geven U hierna de bepalingen van deze twee CAO's.

A. CAO van 21 november 1961

HOOFDSTUK I

Artikel 1

Deze verduidelijkt als volgt de verplichtingen van de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Nationaal Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, wat het dragen van werk- en beschermingskledij betreft.

Sectie I -  Bepalingen toepasselijk op al de ondernemingen, uitgezonderd de kleinbakkerijen en de kleinbanketbakkerijen

A.1.  Alle arbeiders gebezigd voor het verpakken of behandelen van bijzonder stofferige of bevuilende goederen zullen op het werk een kledingstuk dragen dat beantwoordt aan de bepalingen van artikel 160, littera A van het Algemeen Reglement, namelijk al naar de aard van het werk : ofwel een overall, ofwel een broek en een jasje, ofwel een behoorlijk lange stofjas, ofwel een schort bestaande uit een borst- en een onderstuk die samen een geheel vormen dat volledig de borst en daaronder tot ongeveer halverwege de benen, gans de voorkant van het lichaam bedekt over zulk danige breedte dat de heupen en de zijkanten van de dijen beschut zijn.

A.2.  De arbeiders die normaal en gewoonlijk de hierna genoemde bezigheden uitvoeren, zullen benevens het sub 1. beschreven stuk arbeidskledij, de beschermende kledingstukken dragen welke zijn beschreven in onderstaande beschikkingen.

De werknemers moeten evenwel bovengenoemde beschermingskledij niet dragen indien de werkgever hun een werkkledij verschaft zodanig opgevat en uit zulk danige stoffen gemaakt dat zij op zichzelf de rol van die beschermingskledij kan vervullen.

  1. Arbeiders die goederen dragen op hoofd of schouders:

    • beschermend hoofddeksel dat bestaat uit een waterdichte kap met nekbedekking die zich, indien nodig, uitstrekt over de schouders en de rug;
  2. Arbeiders gebezigd:
    1. voor het kuisen en reinigen met water of een vochtige procédé, van lokalen, werkplaatsen, garages, voertuigen, kuipen, vergaarbakken, bokalen, flessen, vaten, kruiken of andere verpakkingen;
    2. voor het opruimen van afval;
    3. voor het behandelen van al dan niet wettige vloeistoffen, oplossingen, emulsies of andere:
      • beschermende schoeisels of waterdichte laarzen; ondoordringbare beschermingsschort;
      • beschermende handschoenen of wanten zullen tot hun beschikking worden gesteld;
  3. Arbeiders gebezigd voor het onderhouden van mechanisch aangedreven machines en werktuigen:
    • pet of muts;
  4. Arbeiders gebezigd aan ketels gestookt met kolen:
    • pet of muts;
    • beschermende schoeisels, alsook beschermende handschoenen of wanten;
  5. Arbeiders gebezigd voor het bewerken van vis, gevogelte, wild en vlees:
    • ondoordringbaar beschermende schort;
    • beschermende schoeisels, laarzen of klompen wanneer deze arbeiders kans hebben natte voeten te krijgen;
  6. Arbeiders gebezigd voor het behandelen van verduurzaamd vlees of organische afval:
    • ondoordringbaar beschermende schort;
    • beschermende schoeisels, laarzen of klompen, ondoordringbare handschoenen of wanten;
  7. Arbeiders gebezigd voor het sorteren, laden of lossen van vaten, kisten of andere harde verpakkingen in voorwaarden van behandeling die normaal gevaar vormen voor de voeten of de handen van de werknemer:
    • beschermende schort, beschermende handschoenen of wanten en zo nodig wegens de zwaarte, beschermende schoeisels met versterkte tippen;
  8. Arbeiders die buiten werken en blootstaan aan regen of hevige koude:
    • kledingstuk dat ondoordringbaar is of, naargelang het geval, beschermt tegen hevige koude; het gebruik van deze kledingstukken vervangt dan de werkkledij;
    • pet of muts die afdoend beschermt tegen regen en/of koude;
    • zo nodig handschoenen of wanten ter bescherming tegen koude.

A.3.

  1. Al de individuele beschermingsmiddelen moeten bestendig in goede staat van gebruik worden gehouden; zij moeten te gepasten tijde gereinigd, hersteld of vernieuwd worden.
  2. De werkkledij in geweven stoffen moet zo dikwijls als nodig gewassen worden; iedere werknemer moet met dit doel over twee volledige uitrustingen beschikken.
  3. De werkgevers moeten op hun kosten instaan voor de levering aan de belanghebbende werknemers, het onderhoud in goede staat van gebruik, de reiniging, de desinfectie, de decontaminatie, de herstelling en de vernieuwing te gepasten tijde van deze beschermingsmiddelen.

B.1.  Alle werknemers (arbeiders en leerlingen) met 3 maanden anciënniteit die niet van de arbeids- en beschermingskledij zouden genieten in functie van bovenvermeld hoofdstuk A betreffende de toepassing van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, zullen eenmaal per jaar op kosten van de werkgever een werkkledij ontvangen die beantwoordt aan de bepalingen vermeld onder bovenstaande §A.1.

B.2.

  1. De werkkledij is uitsluitend bestemd voor het persoonlijk gebruik der werknemers aan wie ze overhandigd werd.
  2. De werkkledij moet bestendig in goede staat van gebruik worden gehouden; zij moet te gepasten tijde gewassen of hersteld worden. De werkkledij in geweven stoffen moet zo dikwijls als nodig gewassen worden.
  3. De werkgevers moeten op hun kosten instaan voor de levering, het onderhoud, de goede staat van gebruik, de reiniging en de herstelling van de werkkledij; deze blijft hun eigendom.

(...)

Bijkomende bepalingen bij de overeenkomst betreffende de arbeids- en beschermingskledij

  1. De melding "al de werknemers" beoogt gans het werklieden- en leerlingenpersoneel van het betrokken departement van de onderneming.
  2. De kledij ter bescherming tegen de regen uitgezonderd, moeten elk kledingstuk, elk voorwerp of elk toestel voor individuele bescherming worden voorbehouden tot het uitsluitend persoonlijk gebruik door de werknemer waaraan zij werden afgegeven. Zij mogen niet achtereenvolgens door verschillende werknemers worden gebruikt tenzij zij, bij elke verandering van gebruiker, met zorg gereinigd, gedesinfecteerd en, in geval van mogelijke contaminatie door radioactieve stoffen, gedecontamineerd worden.
  3. De werknemers zijn gehouden de voorziene individuele beschermingsmiddelen te gebruiken.
  4. Het personeel dat geroepen is om zich in de nabijheid van bewegende machines of transmissies te bevinden of rond te lopen, mag geen fladderende kledij dragen.
  5. De beschermingsschorten moeten van rubber zijn of van gelijk welke andere stof die minstens even ondoordringbaar is.
  6. Ze moeten bestaan in een borst- en een onderstuk die samen een geheel vormen. Zij moeten volledig de borst en, daaronder tot ongeveer halverwege de benen, gans de voorkant van het lichaam bedekken over een zulk danige breedte dat de heupen en de zijkanten der dijen beschut zijn.
  7. Het beschermingsschoeisel of klompen zullen van een stof zijn die voldoende waarborgen van ondoordringbaarheid biedt.
    De beschermingshandschoenen of -wanten moeten de handen en de polsen volledig omsluiten; er moeten handboorden aan vast zijn die zo lang zijn als nodig om te beschermen tegen het schadelijk agent.

B. CAO van 18 februari 2020

De partijen brengen ter herinnering dat de werkgevers van de handel in voedingswaren ertoe gehouden zijn de arbeidskledij ter beschikking te stellen van de arbeiders en arbeidsters en ze te onderhouden.

De kost voor de onderneming hiervan, geschat worden per ondeelbare week, op:

  • 3,61 EUR voor het ter beschikking stellen van de arbeidskledij;
  • 3,61 EUR voor het onderhoud en het wassen.

Toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst: om de integrale tekst te lezen, klik op het registratienummer.

Datum CAO
18/02/2020
Registratienr
157715
Geldig van
01/07/2019
Geldig tot
30/06/2021
Neerleggingsdatum
26/02/2020
Registratiedatum
19/03/2020
Onderwerp
levering, onderhoud en wassen van de arbeidskledij
BS Bericht van neerlegging
30/03/2020
Algemeen verbindend verklaring
Gevraagd
Algemeen verbindend verklaard door Koninklijk Besluit van
08/07/2020
Gepubliceerd in het B.St. van
10/08/2020
Keywords
KOSTENVERGOEDINGEN (EXCL. VERPLAATSINGSKOSTEN)
Historiek
01/07/2023 31/12/2023 18 Werkkledij
01/07/2019 30/06/2021 18 Werkkledij
01/07/2017 30/06/2019 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/07/2015 30/06/2017 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/11/2013 30/06/2015 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/07/2013 31/10/2013 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/07/2011 30/06/2013 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/04/2009 30/06/2011 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/04/2007 31/03/2009 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/04/2003 31/03/2007 18 Werkkledij en compensatievergoeding
01/07/1999 31/03/2003 18 Werkskledij en compensatievergoeding