0502 Eindejaarspremie (118.03.00)

Paritair (sub-)Comité nr.:
118.00.00-00.00, 118.01.00-00.00, 118.02.00-00.00, 118.03.00-00.00, 118.04.00-00.00, 118.05.00-00.00, 118.06.00-00.00, 118.07.00-00.00, 118.08.00-00.00, 118.09.00-00.00, 118.10.00-00.00, 118.11.00-00.00, 118.12.00-00.00, 118.13.00-00.00, 118.14.00-00.00, 118.15.00-00.00, 118.16.00-00.00, 118.17.00-00.00, 118.18.00-00.00, 118.19.00-00.00, 118.20.00-00.00, 118.21.00-00.00, 118.22.00-00.00

Bijwerking: 24/10/2005
Geldig vanaf: 01/01/1996
Geldig tot: 31/12/2013

C.A.O. 17 mei 1995 – K.B. 30 augustus 1996 – B.S. 19 september 1996

Deze CAO heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor de periode van één jaar.

118.03. Bakkerijen

Voorwaarden en bedrag

Voor de werklieden en werksters die sedert twaalf maanden tewerkgesteld zijn: een minimumbedrag van 4 1/3 week brutoloon.

Enkele afwezigheden worden echter met effectieve gepresteerde dienst gelijkgesteld.

Betalingsdatum

Behoudens andere schikkingen overeengekomen op het vlak van de onderneming wordt de eindejaarspremie betaald : vóór 25 december of op het ogenblik dat de werknemer de onderneming verlaat.

Toekenningsmodaliteiten

Prorata-betaling : 1/12 van voornoemde premie per maand effectief gepresteerde dienst gedurende het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft voor

  • Werklieden en werksters die één jaar anciënniteit hebben en die de onderneming uit vrije wil verlaten hebben,
  • Werklieden en werksters die werden ontslagen
  • Ingeval een handeling gelijkstaand met verbreking van de werkgever ,
  • beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht in geval van ziekte of arbeidsongeval
  • (Brug)gepensioneerden

Iedere begonnen maand geeft recht op 1/12 van de premie.

Geen premie :

  • Werklieden en werksters die minder dan één jaar anciënniteit hebben en die de onderneming uit vrije wil verlaten hebben,
  • Werklieden en werksters die werden ontslagen tijdens hun proefperiode of om ernstige redenen

Gelijkstellingen: zie art. 6 van de CAO

In het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid werd op 17 mei 1995 een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot toekenning van een eindejaarspremie aan de werklieden en werksters van de industriële en ambachtelijke bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de ambachtelijke roomijsfabrikanten en suiker-bakkers en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij. Zij werd algemeen verbindend verklaard door een koninklijk besluit van 30 augustus 1996 en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 19 september 1996. Deze CAO heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor de periode van één jaar .

Wij geven u hierna de integrale tekst van de CAO (de ondertitels werden door ons aangebracht). Vervolgens geven wij een bondige commentaar en enige praktische schikkingen.

A. Tekst CAO

HOOFDSTUK I - Toepassingsgebied

Artikel 1

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de industriële en ambachtelijke bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de ambachtelijke roomijs-fabrikanten en suikerbakkers en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij.

HOOFDSTUK II - Beschikkingen

1.  Bedrag

Artikel 2

De partijen komen overeen aan de werklieden en werksters een eindejaarspremie toe te kennen.

Voor de werklieden en werksters die sedert twaalf maanden tewerkgesteld zijn, stemt deze premie overeen met een minimumbedrag van 4 1/3 week brutoloon.

Artikel 3

§1. Het brutoloon wordt berekend op basis van het normale uurloon op het ogenblik van de betaling van de eindejaarspremie en vermeerderd met de contractuele premies die rechtstreeks gebonden zijn aan de door de werknemers verrichte prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt.          

Het omvat ook de voordelen in natura die aan de inhoudingen voor sociale zekerheid onderworpen zijn.
Daarentegen worden premies of vergoedingen die als tegenwaarde van werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen.

§2. Het bedrag van de contractuele premies waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt, wordt berekend op basis van het gemiddelde van de in §1 omschreven premies ontvangen tijdens het kalenderjaar waarop de eindejaarspremie betrekking heeft, met uitzondering van de maand waarin de eindejaarspremie wordt uitbetaald.

§3. In de sectoren of ondernemingen waar bijzondere overeenkomsten gunstige of evenwaardige berekeningswijzen voorzien blijven deze van toepassing.

2.  Pro rata-betaling

Artikel 4

Per maand effectief gepresteerde dienst gedurende het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft, wordt 1/12e van voornoemde premie verleend aan de werklieden en werksters.

Iedere begonnen maand geeft recht op 1/12e van de premie.

3.  Vrijwillig vertrek, ontslag tijdens proefperiode, dringende redenen, handeling gelijkstaand met verbreking

Artikel 5

De werklieden en werksters die minder dan één jaar anciënniteit hebben en die de onderneming uit vrije wil verlaten hebben, evenals de werklieden en werksters die werden ontslagen tijdens hun proefperiode of om ernstige redenen, genieten het voordeel van de eindejaarspremie niet.

Ingeval een handeling gelijkstaand met verbreking van de werkgever uitgaat, heeft de werknemer prorata temporis recht op de eindejaarspremie.

Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht in geval van ziekte of arbeidsongeval, wordt gelijkgesteld met een verbreking die van de werkgever uitgaat.

4.  Gelijkgestelde dagen

Artikel 6

Het bedrag van de eindejaarspremie mag worden herleid naar rato van de afwezigheden in de loop van het jaar. Worden echter met effectieve gepresteerde dienst gelijkgesteld de volgende afwezigheden:

  • de wettelijke en conventionele vakantiedagen;
  • de wettelijke feestdagen;
  • het kort verzuim;
  • de beroepsziekten;
  • de arbeidsongevallen;
  • de gewone wederoproeping onder de wapens;
  • de dagen gewijd aan de uitoefening van een openbaar mandaat en een mandaat in syndicaal verband bepaald bij artikel 16, 9° en 10° van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd bij koninklijk besluit van 12 november 1970 (Belgisch Staatsblad van 18 november 1970);
  • de dagen van deelneming aan stages of studiedagen die aan de arbeidsopvoeding of aan de syndicale vorming gewijd zijn, naar rato van maximum vijftien dagen per jaar;
  • de dagen van staking of lock-out volgens de voorwaarden bepaald in artikel 19 van voormeld koninklijk besluit van 30 maart 1967, (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1970 (Belgisch Staatsblad van 31 juli 1970);
  • de dagen van gedeeltelijke werkloosheid;
  • de dagen gewijd aan de vervulling van burgerplichten.

In geval van ziekte of ongeval bedraagt de gelijkstellingsperiode twaalf maanden ; de rustperiode voor en na de bevalling beloopt vijftien weken met ingang van de eerste dag van arbeidsongeschiktheid of van de rustperiode.

Voor de gepensioneerden wordt het genot van de jaarlijkse premie uitgebreid tot hun effectieve en gelijkgestelde prestaties van het lopend jaar.

Voor de conventioneel bruggepensioneerden geeft elke gepresteerde maand recht op de betaling van een twaalfde van het bedrag van de jaarlijkse premie. De maanden van brugrustpensioen of van brugpensioen geven recht op de betaling van 20 pct. van de overblijvende premie en dit tot 31 december van het lopend jaar.

5.  Gelijkwaardige voordelen

Artikel 7

In de bedrijven waar reeds een gelijkwaardig voordeel wordt toegekend, is deze collectieve arbeids-overeenkomst niet van toepassing.

6.  Betalingsdatum

Artikel 8

Behoudens andere schikkingen overeengekomen op het vlak van de onderneming wordt de eindejaarspremie betaald:

  • vóór 25 december van het lopende kalenderjaar voor de werklieden en werksters in dienst op het ogenblik van de betaling;
  • voor de andere werklieden en werksters : op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten.

HOOFDSTUK III - Geldigheid

Artikel 9

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt die van 23 april 1993, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot toekenning van een eindejaarspremie aan de werklieden en werksters van de industriële bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de ambachtelijke roomijsfabrikanten en suikerbakkers en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 januari 1994 (Belgisch Staatsblad van 21 april 1994).

Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1996.

Vervolgens wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor de periode van één jaar (...).

B. Commentaar

De huisarbeider(ster) valt niet onder het toepassingsgebied van de Arbeidsovereenkomstenwet valt, maar wordt wel begrepen in het toepassingsgebied van de CAO-wet.

De CAO voor de voedingsnijverheid, die op algemene wijze en zonder beperking op alle werklieden en werksters van toepassing is, is bijgevolg ook van toepassing op de huisarbeiders, die niet uitdrukkelijk werden uitgesloten en trouwens onder het gezag van anderen werken. Een huisarbeider(ster) heeft derhalve recht op de door die CAO ingestelde eindejaarspremie. (Arbh. Antwerpen, 3e k., 27 april 1990, SRK, 1995, blz. 375)

C. Praktische schikkingen

Wij vestigen de aandacht van de werkgevers aangesloten bij GROEP S - Sociaal Secretariaat vzw op het feit dat op de voorbereide prestatieopgaven, opgesteld voor de betaling van de eindejaarspremie, slechts de arbeiders vermeld worden die in dienst zijn.

Desgevallend dient u de arbeiders toe te voegen die de onderneming verlaten hebben en recht zouden hebben op de eindejaarspremie.


Historiek
01/01/2022 31/12/2050 05 Eindejaarspremie
01/01/2014 31/12/2021 05 Eindejaarspremie
01/01/1995 31/12/2013 05 Eindejaarspremie (118.09.00)
01/01/1996 31/12/2013 05 02 Eindejaarspremie (118.03.00)
01/01/1995 31/12/2013 05 01 Eindejaarspremie (118.03.00 en 118.09.00 uitgezonderd)