Protocolakkoord 2021-2022

23/11/2021

In het Paritair Comité voor het glasbedrijf werd op 3 november 2021 een protocolakkoord 2021-2022 afgesloten.

Wij geven u hierna enkele bepalingen van het akkoord.

1. Koopkracht

A. In de bedrijven die niet tot de subsector van de spiegelmakerijen behoren:

De sectorale minimum bruto-uurlonen worden met 0,4% verhoogd met een minimum van 0,10 euro per uur (op basis van een 38 uur/week) vanaf 1/1/2022.

Indien de loonindexering in januari 2022 plaatsvindt, worden de lonen eerst geïndexeerd en vervolgens  op 1/1/2022 verhoogd met bovengenoemde loonstijgingen.

De sectorale ploegenpremies worden per 1/1/2022 met 0,4% verhoogd.

De sociale partners hebben de mogelijkheid om op ondernemingsvlak een akkoord te onderhandelen binnen de grenzen van de loonnorm van 0,4% voor de periode van 1/1/2021 tot 31/12/2022 alsook in het kader van de coronapremie. Indien ten laatste op 17/12/2021 geen overeenkomst in de onderneming wordt bereikt:

  • is de loonnorm uitgeput door een verhoging van de reële bruto-uurlonen met ingang van 1/1/2022 met 0,4 % met een minimum van 0,10 euro per uur (op basis van een 38 uur/week). Indien de loonindexering in januari 2022 plaatsvindt, worden de lonen eerst geïndexeerd en vervolgens op 1/1/2022 verhoogd met bovengenoemde loonstijgingen;
  • de toekenning van een coronapremie van 150 euro (zonder criteria) aan werknemers:
    • die minstens één effectieve prestatiedag hebben tijdens de periode van 1/12/2020 tot 30/11/2021;
    • prorata van het arbeidsregime op 30/11/2021;
    • betaalbaar aan de werknemers in dienst op 30/11/2021;
    • de eventuele coronapremies die al toegekend werden in 2021 worden in mindering gebracht op het bedrag van 150 euro.

B.  In de bedrijven van de subsector van de spiegelmakerijen:

De sectorale minimum en reële bruto-uurlonen worden met 0,4% verhoogd met een minimum van 0,10 euro per uur (op basis van een 38 uur/week) vanaf 1/1/2022. Dit is een gesloten onderdeel van de overeenkomst en kan in geen geval nog op bedrijfsniveau worden besproken!

Indien de loonindexering in januari 2022 plaatsvindt, worden de lonen eerst geïndexeerd en vervolgens  op 1/1/2022 verhoogd met bovengenoemde loonstijgingen.

De sectorale ploegenpremies worden per 1/1/2022 met 0,4% verhoogd.

De sociale partners hebben de mogelijkheid om op ondernemingsvlak een akkoord te onderhandelen over de retroactiviteit voor 2021 binnen de grenzen van de loonnorm van 0,4% en over de coronapremie tot 17/12/2021. Indien ten laatste op 17/12/2021 geen overeenkomst in de onderneming wordt bereikt:

  • is de loonnorm uitgeput door een eenmalige toekenning van ecocheques ter waarde van 125 euro betaalbaar in december 2021 (referteperiode van december 2020 tot en met november 2021) en van 25 euro betaalbaar in juli 2022 onder dezelfde voorwaarden als die, geldende voor de toekenning van de recurrente ecocheques;
  • de toekenning van een coronapremie van 150 euro (zonder criteria) aan werknemers:
    • die minstens één effectieve prestatiedag hebben tijdens de periode van 1/12/2020 tot 30/11/2021;
    • prorata van het arbeidsregime op 30/11/2021;
    • betaalbaar aan de werknemers in dienst op 30/11/2021;
    • de eventuele coronapremies die al toegekend werden in 2021 worden in mindering gebracht op het bedrag van 150 euro.

2. Vervoerkosten woon-werkverkeer

  • Privé-transportmiddelen: vanaf 1/1/2022 wordt het rooster “andere vervoermiddelen” met 2% verhoogd.

3. Bestaanszekerheid

  • Wanneer een overmachtssituatie door een federale of regionale overheid wordt erkend en er een recht op tijdelijke werkloosheid in het kader van overmacht uit voortvloeit, heeft elke arbeider recht op een pot van 78 dagen per jaar in een voltijds arbeidsregime gedekt door een aanvullende werkloosheidsvergoeding ten laste van de werkgever. Het bedrag van deze aanvullende werkloosheidsvergoeding stemt overeen met de aanvullende werkloosheidsvergoedingen die bepaald werden in de onderscheiden subsectoren van de glassector in het kader van tijdelijke werkloosheid voor economische redenen. Op het bedrag van de sectorale aanvullende vergoeding overmachtswerkloosheid zullen de bedragen die eventueel door de overheid worden toegekend in mindering worden gebracht.
  • De dagelijkse vergoeding in geval van tijdelijke werkloosheid (sectorale en subsectorale bedragen) wordt met ingang van 1/1/2022 met 0,4% verhoogd.

4. SWT en landingsbanen

  • SWT: de sector treedt toe tot de volgende cao’s:

    • CAO 151 van de NAR: SWT nachtarbeid (20 jaar) of zwaar beroep vanaf 60 jaar (33 jaar loopbaan): geldigheidsduur 1/7/202021-30/06/2023;
    • CAO 143 van de NAR: SWT voor zware beroepen op 60-jarige leeftijd met 35-jarige loopbaan: geldigheidsduur 01/07/2021-30/06/2023;
    • CAO 152 van de NAR: SWT lange loopbaan (40 jaar) vanaf 6 jaar: geldigheidsduur 01/07/2021-30/06/2023;
    • CAO 150 van de NAR: SWT voor mindervalide werknemers of werknemers met ernstige lichamelijke problemen vanaf 58 jaar met 35 jaar loopbaan, die erkend worden door een externe commissie: geldigheidsduur 1/1/2021-30/06/2023;
    • CAO’s 153 en 155 van de NAR met betrekking tot de voorwaarden voor de toekenning van de vrijstelling van verplichting van aangepaste beschikbaarheid.
  • Landingsbanen:
    • De sociale partners komen overeen toe treden tot CAO 156 van de NAR voor 2021-2022 en CAO 157 voor de periode van 1/1/2023-30/06/2023;
    • De andere bestaande tijdskredietregelingen worden verlengd;
    • Voor de subsector van de spiegelmakerijen worden de modaliteiten voor uitoefening van het recht onder de vorm van een “quintet” voor de landingsbanen “vermindering van arbeidstijd met 1/5” opgeheven met ingang van 1/1/2022.

 

 

Voor meer informatie, zie het hoofdstuk 01 van de sectorale documentatie.

Betrokken sectoren

115.03.00-00.00 , 115.09.00-00.00