Zorgsector: tijdelijke maatregelen om het personeelstekort te verhelpen, kunnen worden toegepast!

Van 

De federale regering heeft tijdelijke maatregelen genomen om het personeelstekort in de zorgsector op te lossen.


In een vorig artikel hebben we u medegedeeld dat de federale regering een aantal tijdelijke maatregelen heeft genomen om de tewerkstelling in de zorgsector gemakkelijker te maken en dus te verhogen:

  • uitbreiding van de studentenarbeid;
  • uitbreiding van het vrijwilligerswerk;
  • mogelijkheid om gepensioneerden op een sociaal- en fiscaal gunstige wijze te werk te stellen;
  • flexibele tewerkstelling van gepensioneerden in een deeltijdse tewerkstelling;
  • mogelijkheid tot tijdelijke tewerkstelling van mensen in tijdskrediet, tijdelijke werklozen en SWT'ers;

Een wet van 20 november 2022 bevestigt deze maatregelen. Ze zijn geldig tijdens het derde en vierde kwartaal van 2022. Een ontwerp van programmawet voorziet een verlenging ervan tot 31 maart 2023.

We gaan hierna verder in op deze maatregelen.

1. Zorgsector

De maatregelen zijn van toepassing op de werkgevers uit de zorgsector.

Werkgevers uit de zorgsector zijn de private en openbare diensten en organisaties voor zorg, opvang en bijstand voor personen, voor oudere personen, voor minderjarigen, voor mindervalide personen en voor kwetsbare personen, met inbegrip van slachtoffers van intra-familiaal geweld.

Voor de private sector behoren deze diensten of organisaties tot de volgende paritaire comités :

  • 318 : Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp;
  • 319 : Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten;
  • 330 : Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten;
  • 331 : Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector;
  • 332 : Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector;
  • 322 : Paritair Comité voor de uitzendarbeid en de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, voor zover de uitzendkracht wordt tewerkgesteld bij een gebruiker die ressorteert onder één van de hierboven vermelde paritaire comités.

Voor de openbare zorgsector zijn dat de openbare instellingen en diensten met als NACE-code 86101, 86102, 86103, 86104, 86109, 86210, 86901, 86903, 86904, 86905, 86906, 86909, 87101, 87109, 87201, 87202, 87203, 87204, 87205, 87209, 87301, 87302, 87303, 87304, 87309, 87901, 87902, 87909, 88101, 88102, 88103, 88104, 88109, 88911, 88912, 88919, 88991, 88992, 88993, 88994, 88996 en 88999.

Behoren ook tot de zorgsector:

  • de private en openbare instellingen en centra die belast zijn met contactopsporing om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;
  • de private en openbare instellingen of diensten die belast zijn met de exploitatie van vaccinatiecentra in het kader van de strijd tegen het coronavirus COVID-19 en dit voor alle activiteiten die verband houden met de exploitatie van een vaccinatiecentrum.

2. Uitbreiding van studentenarbeid in de zorgsector

2.1. Sociale zekerheid

De uren die een student met een studentenovereenkomst presteert tijdens het derde en vierde kwartaal van 2022 in de zorgsector komen niet in aanmerking voor de berekening van het jaarlijkse contingent van 475 uren.

2.2. Belastingen 

De fiscus houdt  ook geen rekening met het belastbaar loon verdiend voor deze prestaties om na te gaan of de student persoon ten laste is van zijn ouder(s). Op deze lonen moet ook geen bedrijfsvoorheffing ingehouden worden.

3. Vrijwilligerswerk

Het jaarbedrag aan forfaitaire onkostenvergoedingen dat vrijwilligers in de zorgsector kunnen ontvangen wordt tijdelijk opgetrokken tot 3.683,55 euro.

Vrijwilligerswerk is ook weer mogelijk in organisaties in de private commerciële sector die door de bevoegde overheid zijn erkend voor de bijstand aan en de zorg voor bejaarden en voor de opvang en de huisvesting van bejaarden. Zij mogen de vrijwilliger wel niet inzetten ter vervanging van een werknemer die tijdelijk werkloos is

4. Prestaties van gepensioneerden in de zorgsector

Een gepensioneerde kan tijdens het derde en vierde kwartaal 2022 prestaties leveren in de zorgsector tegen een loon dat sociaal en fiscaal interessant wordt behandeld.

4.1. Wie ? 

Hij is :

  • ofwel effectief gerechtigd op een rust- en overlevingspensioen op datum van 1 juli 2022;
  • ofwel effectief gerechtigd op een rust- en overlevingspensioen en hij heeft de leeftijd van 65 jaar bereikt voorafgaand aan de eerste dag van de betrokken maand.

4.2. Geen persoonlijke sociale bijdragen

Op het brutoloon voor de prestaties verricht bij een werkgever in de zorgsector wordt niet alleen de eventuele werkbonus toegepast maar ook een bijkomende vermindering van de persoonlijke sociale bijdragen (13,07%) waardoor er geen persoonlijke sociale bijdragen worden ingehouden op dat brutoloon.

Deze vrijstelling geldt voor alle werknemersbijdragen die betaald moeten worden gedurende het 3de en het 4de kwartaal 2022, zowel op de gewone lonen als op uitbetaalde premies, enkel vertrekvakantiegeld bedienden en/of verbrekingsvergoedingen verschuldigd gedurende deze periode

4.3. belastingen

Het belastbaar loon voor die prestaties verricht bij een werkgever in de zorgsector (vakantiegeld is inbegrepen, vergoedingen wegens tijdelijke derving van inkomsten en vergoedingen wegens beëindiging van de overeenkomst zijn niet inbegrepen) wordt afzonderlijk belast aan 33%. Het wordt dus niet meegenomen bij het andere belastbaar loon dat progressief wordt belast. Er wordt geen rekening gehouden met deze afzonderlijke belasting voor de in te houden bedrijfsvoorheffing op dat loon.

Er wordt met deze inkomsten ook geen rekening gehouden worden in het kader van cumul tussen pensioen en beroepsinkomsten.

5. Flexibele tewerkstelling van gepensioneerden in de zorgsector

Men voorziet twee maatregelen:

  • De termijn voor de bekendmaking van de individuele werkroosters ingeval van tewerkstelling van deeltijdse werknemers met een variabel werkrooster bedraagt drie werkdagen;
  • De wekelijkse arbeidsduur ingeval van een deeltijdse tewerkstelling mag lager liggen dan een derde van de wekelijkse arbeidsduur van de voltijds tewerkgestelde werknemers die in de onderneming tot dezelfde categorie behoren.

De werkgever moet wel over deze maatregelen overleg plegen met en info geven aan de overlegorganen op ondernemingsvlak.

6. Tijdelijke tewerkstelling van werknemers in tijdskrediet, LO, tijdelijke werklozen en SWT’ers

6.1. Werknemers in tijdskrediet

De werknemer in tijdskrediet of loopbaanonderbreking (LO) kan met zijn werkgever uit de zorgsector overeenkomen om zijn tijdskrediet of LO tijdelijk te schorsen. Na afloop van de tijdelijke schorsing, kan het oorspronkelijk tijdskrediet of LO onder de oorspronkelijke voorwaarden verdergezet worden voor de resterende duur. De werknemer zal het recht op de onderbrekingsuitkering behouden tijdens het tijdskrediet of LO. Het bedrag van die onderbrekingsuitkering wordt evenwel met een kwart verminderd.

Een werknemer in tijdskrediet of LO kan tijdens de duur ervan tijdelijk tewerkgesteld kunnen worden bij een andere werkgever uit de zorgsector. De arbeidsovereenkomst bij de andere werkgever wordt schriftelijk vastgesteld en bevat een einddatum die 31 december 2022 niet overschrijdt. De werknemer zal het recht op de onderbrekingsuitkering behouden. Het bedrag van die onderbrekingsuitkering wordt evenwel met een kwart verminderd voor de duur van de arbeidsovereenkomst.

6.2. Tijdelijke werkloze

Een tijdelijk werkloze kan het werk tijdelijk hervatten bij een andere werkgever uit de zorgsector met behoud van zijn werkloosheidsuitkering die wel gedeeltelijk verminderd wordt.

6.3. SWT’er

Een SWT’er kan het werk tijdelijk hervatten bij zijn ex-werkgever uit de zorgsector of andere werkgever uit de zorgsector met behoud van zijn werkloosheidsuitkering die wel gedeeltelijk verminderd wordt. Op de aanvulling SWT zal geen patronale bijdrage noch inhouding SWT verschuldigd zijn.

7. Geldigheidsduur

Deze maatregelen zijn geldig van 1 juli tot 31 december 2022. Een ontwerp van programmawet voorziet een verlenging ervan tot 31 maart 2023.

Met uitzondering van de fiscale maatregelen (punten 2.2. en 4.3. hierboven) kan een koninklijk besluit deze maatregelen met 6 maanden verlengen. Wij houden u ervan op de hoogte moest dit gebeuren.

Bron: wet van 20 november 2022 houdende maatregelen aangaande de personeelsschaarste in de zorgsector (BS van 30 november 2022)