Een Koninklijk besluit van 21 december 2018 verhoogt het grensbedrag van vergoedingen die voor verenigingswerk kunnen worden toegekend voor specifieke activiteiten.
Verenigingswerk heeft betrekking op activiteiten die worden verricht ten behoeve van anderen of van de samenleving. Deze activiteiten worden niet gratis maar mits betaling van een beperkte vergoeding verricht.
Onder bepaalde voorwaarden is het voortaan mogelijk activiteiten uit te voeren in dienst van een vereniging of een organisatie en daarbij tot 520,83 euro/maand en 6250 euro/jaar te verdienen (bedragen voor 2019).
Zoals we in ons artikel van 16 november 2018 aankondigden, bood de wetgever via een wet van 30 oktober 2018 de regering de mogelijkheid het maandelijks grensbedrag te verhogen.
De regering heeft snel gebruikgemaakt van deze mogelijkheid. Een koninklijk besluit van 21 december 2018 (gepubliceerd op 10 januari 2019) werd in deze zin aangenomen. We geven u hierna de bijzonderheden van dit besluit.
1. Grensbedrag van de vergoedingen
Het belang van verenigingswerk is dat het de bezoldiging van een nevenactiviteit toelaat zonder dat socialezekerheidsbijdragen en belastingen verschuldigd zijn. Voorwaarde is dat bepaalde grensbedragen worden in acht genomen. De vergoeding mag namelijk niet hoger zijn dan de maandelijkse grens van 520,83 euro en de jaarlijkse grens van 6 250 euro.
Ingevolge voornoemd koninklijk besluit werd enkel het maandelijks grensbedrag gewijzigd. De vergoeding die aan de verenigingswerker wordt toegekend, kan voor de hierna genoemde activiteiten dan ook 1 041,66 euro per maand bedragen in plaats van 520,83 euro. Het jaarlijks grensbedrag blijft onveranderd.
2. Wat zijn de betrokken activiteiten?
Het maandelijks bedrag wordt verhoogd voor de volgende activiteiten:
1° Animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie en/of sportactiviteiten verstrekt;
2° Sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid, steward, terreinverzorger-materiaalmeester, seingever bij sportwedstrijden.
Dit moet ervoor zorgen dat de organisatie van specifieke seizoensgebonden activiteiten in de sportsector, zoals sportkampen, stages en intensievere trainingsperiodes in functie van belangrijke wedstrijden, niet wordt bemoeilijkt.
3. Inwerkingtreding?
Deze nieuwigheid zal 10 dagen na publicatie ervan in werking treden.
Bron
Koninklijk besluit van 21 december 2018 tot uitvoering van artikel 12, § 3, tweede lid, van de wet van 18 juli 2018 betreffende de economische relance en de versterking van de sociale cohesie, B.S., 10 januari 2019.