Tijdelijke werkloosheid ingevolge corona, Oekraïne en overstromingen: werkgeverscompensatie voor de gelijkstelling ervan voor jaarlijkse vakantie

Van 

Naar aanleiding van de aangekondigde gelijkstelling van de dagen tijdelijke werkloosheid in het eerste semester van 2022 wegens overmacht ingevolge de coronacrisis, de Oekraïnecrisis en de overstromingen van 14 en 15 juli 2021, genieten bepaalde werkgevers een compensatie voor deze bijkomende loonkost.


Een koninklijk besluit van 24 mei 2023, op 9 juni 2023 verschenen in het Belgisch Staatsblad, bepaalt dat voor de berekening van de jaarlijkse vakantiedagen en het vakantiegeld van 2023 de periode van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in de eerste helft van 2022 ingevolge de coronacrisis, de Oekraïnecrisis en de overstromingen gelijkgesteld wordt met gewerkte dagen. Lees meer hierover in ons artikel : Tijdelijke werkloosheid 2022 ingevolge corona, Oekraïne en overstromingen gelijkgesteld voor jaarlijkse vakantie in 2023! | Group S

De Nationale Arbeidsraad (NAR) heeft op 28 maart 2023 een advies (nr. 2.356) uitgebracht omtrent de toekenning van een compensatie om deze bijkomende loonkost voor de getroffen werkgevers op te vangen. Er werd voorgesteld om te voorzien in een minimale instapdrempel voor ondernemingen die in de loop van de eerste helft van 2022 voor ten minste 41 % een beroep hebben gedaan op tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. Bijgevolg zullen niet alle betrokken werkgevers een compensatiebedrag ontvangen.

De programmawet van 4 juli 2023 neemt het compensatievoorstel van de NAR over. 

1. Welke werkgevers komen in aanmerking?

De programmawet voorziet een compensatie voor werkgevers die voor hun bedienden en/of leerling-bedienden in het eerste semester van 2022 (van 1 januari 2022 t.e.m. 30 juni 2022) beroep deden op tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ingevolge de coronacrisis, de Oekraïnecrisis en de overstromingen en dit ten belope van minstens 41 % van het normaal aantal dagen tewerkstelling.

Per werkgever wordt dus een ‘compensatiepercentage’ bepaald op basis van een gemiddelde prestatiebreuk. Voor deze berekening wordt er rekening gehouden met het aantal dagen tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten opzichte van het totaal aantal dagen dat tijdens het eerste semester van 2022 in de DmfA werd aangegeven. Het resultaat hiervan moet dus minstens 41 procent bedragen om aanspraak te maken op een compensatie.

2. Bedrag compensatie voor overmacht ingevolge de coronacrisis

Het compensatiebedrag voor individuele werkgevers ligt nog niet vast. Het bedrag wordt door de RSZ berekend in de loop van het derde kwartaal van 2023.

Er wordt een globale enveloppe van € 12.417.863  voorzien die verdeeld zal worden over de betrokken ondernemingen die de minimumdrempel van 41 % behalen. Voor de verdeling van de enveloppe wordt er gekeken naar het aandeel per werkgever ten opzichte van totaal gewicht van alle betrokken werkgevers. 

3. Automatisch toekenning?

De compensatie wordt automatisch berekend en toegekend door de RSZ. De werkgever moet hiervoor geen actie ondernemen. Het bedrag zal in mindering gebracht worden van de patronale bijdragen verschuldigd voor het derde kwartaal van 2023. De RSZ zal hiervoor midden oktober een creditnota opmaken.

4. Werkgeverscompensatie indien het stelsel van jaarlijkse vakantie voor de arbeiders geldt?

Er komt geen werkgeverscompensatie voor de gelijkstellingen voor zijn arbeiders en zijn leerling-arbeiders. Begrijpelijk, want het is niet de werkgever die het vakantiegeld betaald aan deze werknemers. Voor deze werknemers maakt de Staat de compensatie rechtstreeks over aan de Rijksdienst voor Jaarlijkse vakantie of – indien aanwezig – de sectorale vakantiekas.

Bron: programmawet van 4 juli 2023, BS 11 juli 2023.