Hybride en elektrische en bedrijfswagens: toelichting bij de voordelen van alle aard en de elektriciteitskosten

Van 

Indien een werkgever een bedrijfswagen ter beschikking van de werknemer stelt, moet een voordeel van alle aard in hoofde van de werknemer worden aangerekend. Het onderstaande artikel gaat nader in op de berekening van dit voordeel als het een elektrische of hybridewagen betreft, en op de huidige toestand inzake de terbeschikkingstelling of terugbetaling van de elektriciteit voor deze wagen.


De huidige regering streeft naar vergroening van bedrijfswagens. Tegen 2026 moeten alle nieuwe bedrijfswagens koolstofneutraal zijn. We nodigen u uit ons artikel ter zake te lezen.

Als gevolg daarvan begint het aantal elektrische of hybride bedrijfswagens toe te nemen en daarmee de vragen over het lot van de elektriciteit voor de wagen moet gebeuren. Hieronder de huidige stand van zaken.

1. Berekening van het voordeel van alle aard van de wagen (werknemer)

1.1. Volledig elektrische wagen

Elektrische wagens hebben geen CO2-uitstoot. Hiervoor geldt een minimumpercentage van 4%: Cataloguswaarde x 4 % x 6/7.

1.2. Hybridewagen

Hybridewagens vormen een combinatie van een verbrandingsmotor (benzine of diesel) en een elektrische motor. Er moet echter een onderscheid worden gemaakt tussen echte en valse hybrides:

  • echte hybrides: voor de berekening van het belastbare voordeel moet de CO2-uitstoot van de verbrandingsmotor (benzine of diesel) gebruikt worden;
  • valse hybrides: voor de berekening van het belastbare voordeel, is de in aanmerking te nemen CO2-uitstoot gelijk aan deze van het overeenstemmende voertuig dat voorzien is van een motor die uitsluitend gebruik maakt van dezelfde brandstof. Indien er geen overeenstemmend voertuig bestaat dat uitsluitend voorzien is van een motor die gebruik maakt van dezelfde brandstof, wordt de uitstootwaarde vermenigvuldigd met 2,5.

U vindt alle details in ons artikel van 24 oktober 2019.

2. Elektriciteitskosten

De vraag rijst hoe de terbeschikkingstelling van elektriciteit fiscaal moet worden behandeld wanneer een dergelijke wagen door de werkgever ter beschikking wordt gesteld.

De behandeling verschilt naargelang de situatie.

2.1. GEEN tussenkomst in de elektriciteitskosten

Wanneer de werkgever een elektrische bedrijfswagen ter beschikking stelt en de van toepassing zijnde car policy niet voorziet in de verstrekking van elektriciteit door de werkgever (de werknemer moet de kosten voor het elektriciteitsverbruik volledig zelf dragen), dan is het in deze situatie duidelijk dat de elektriciteit geen deel uitmaakt van de terbeschikkingstelling en bijgevolg evenmin van het voordeel.

De kost die de werknemer zelf heeft gedragen voor het elektriciteitsverbruik heeft dus niet het karakter van een eigen bijdrage in het aangerekende voordeel van alle aard en mag er bijgevolg niet van worden afgetrokken.

2.2. Oplaadpaal bij de werkgever

Wanneer de werkgever een elektrische bedrijfswagen ter beschikking stelt en de van toepassing zijnde car policy voorziet dat de werknemer gratis gebruik mag maken van de oplaadpaal van zijn werkgever, dan zal in dat geval slechts één belastbaar voordeel van alle aard worden belast, met name het forfaitair geraamde voordeel van alle aard dat van toepassing is voor de elektrische bedrijfswagen. De kosteloze verstrekking van elektriciteit doet geen bijkomend belastbaar voordeel van alle aard ontstaan.

Indien de werknemer evenwel een bijdrage aan zijn werkgever moet betalen voor het gebruik van de oplaadpaal, dan mag die bijdrage in voorkomend geval als een eigen bijdrage van de werknemer worden aangemerkt die in mindering mag worden gebracht van het belastbaar voordeel van alle aard dat voortvloeit uit het persoonlijk gebruik van de ter beschikking gestelde elektrische bedrijfswagen.

2.3. Oplaadpunt bij de werknemer thuis en terugbetaling van de getankte elektriciteit

Wanneer een werkgever naast een elektrische bedrijfswagen eveneens een home charger of een elektrische laadpaal ter beschikking stelt van zijn werknemer die over een specifiek communicatiesysteem beschikt dat aan de werkgever communiceert hoeveel elektriciteit er wordt verbruikt, en de van toepassing zijnde car policy voorziet bovendien in de terugbetaling van de met de home charger ‘getankte’ elektriciteit, dan aanvaardt de fiscus dat in die omstandigheden de terbeschikkingstelling van de elektrische bedrijfswagen met laadpaal en de terugbetaling door de werkgever van de met die laadpaal getankte elektriciteit fiscaal op dezelfde wijze wordt behandeld als de terbeschikkingstelling van een bedrijfswagen met bijhorende tankkaart.

Er zal in dat geval slechts één belastbaar voordeel van alle aard worden belast, met name het forfaitair geraamde voordeel van alle aard dat van toepassing is voor de elektrische bedrijfswagen.

De terugbetaling van de elektriciteit zal geen aanleiding geven tot het afzonderlijk belasten van een bijkomend voordeel van alle aard voor zover uiteraard de terugbetaling uitsluitend betrekking heeft op de elektriciteit getankt voor de ter beschikking gestelde elektrische bedrijfswagen.

De terugbetaling door de werkgever moet gebeuren op basis van de werkelijke elektriciteitskosten van de werknemer. Hiervoor zijn alle bewijsmiddelen van het gemeenrecht, met uitzondering van de eed, toegestaan.

Als voornoemde voorwaarden niet vervuld zijn, verwijzen we naar de situatie die hierna in punt 2.4. wordt beschreven.

De financiering door de werkgever van de oplaadinfrastructuur bij de werknemer (voorbereidende elektrische werken, fysieke apparatuur, levering, plaatsing en technisch onderhoud), geeft geen aanleiding tot een bijkomend voordeel van alle aard in hoofde van de werknemer naast het voordeel van alle aard voor de wagen.

2.4. Tussenkomst in de elektriciteitskosten

2.4.1. Basisprincipe

De laatste en ook ingewikkeldste situatie is die waarin de werkgever de bedrijfswagen ter beschikking stelt en tussenkomt in de elektriciteitskosten die door de werknemer ten laste worden genomen (zonder plaatsing van een laadpaal of terbeschikkingstelling van een slimme kabel).

De fiscus onderscheidt drie soorten gebruik:

  • terugbetaling elektriciteit professionele verplaatsingen: de tussenkomst kan worden aangemerkt als een niet-belastbare terugbetaling van eigen kosten van de werkgever;
  • terugbetaling elektriciteit woon-werkverkeer: de tussenkomst moet worden aangemerkt als een belastbaar voordeel van alle aard met een vrijstelling van maximum 420 EUR (inkomsten 2021);
  • terugbetaling elektriciteit eigenlijke privéverplaatsing : de terugbetaling door de werkgever moet bij de verkrijger voor het werkelijk betaalde bedrag worden aangemerkt als een belastbaar voordeel van alle aard.

Professionele verplaatsingen

Kosten eigen aan de werkgever

Woon-werkverkeer

Gedeeltelijke vrijstelling

Privéverplaatsing

Voordeel van alle aard

2.4.2. Bepaling van de kosten van de terugbetaalde elektriciteit

De vraag die nu rijst is hoe de elektriciteitskosten moeten worden vastgesteld voor de berekening van het voordeel van alle aard voor privéverplaatsingen en woon-werkverplaatsingen boven het vrijgestelde grensbedrag.

De administratie kan evenwel om pragmatische redenen aanvaarden dat bij de berekening van dat voordeel mag worden uitgegaan van een gemiddelde kostprijs voor 1 kWh elektriciteit voor huishoudelijke afnemers, all-in (de energiekost voor de leverancier, de nettarieven voor de netbeheerder en heffingen voor de overheid) en inclusief BTW.

Een dergelijke gemiddelde kostprijs is bijvoorbeeld terug te vinden op de site van de VREG (CWaPE voor Wallonië en BRUGEL voor Brussel).

Op de site van de VREG verschilt die gemiddelde kostprijs naargelang de verbruikscategorieën (laag – hoog). De laagste gemiddelde kostprijs mag in aanmerking worden genomen. Het mag daarbij gaan om een gemiddelde op jaarbasis of eventueel op maandbasis.

Opmerking: er zijn op dit moment geen plannen om hiervan af te wijken en jaarlijks een vast bedrag per kWh te publiceren. Eén forfaitair tarief voor het gehele grondgebied zou trouwens moeilijk liggen onder andere rekening houdend met de distributienettarieven en transmissiekosten die variëren van netbeheerder tot netbeheerder. Terugbetaling per oplaadsessie volgens een forfaitair vastgesteld bedrag is bijgevolg niet zonder risico. Een voorzichtige werkgever die hiertoe wenst over te gaan, doet er goed aan vooraf advies in te winnen bij de Dienst Voorafgaande Beslissingen (fiscale ruling).

2.4.3. Overzichtstabel: terbeschikkingstelling van een (elektrische/hybride) bedrijfswagen en elektriciteitskosten

Geen tussenkomst van de werkgever in de elektriciteitskosten

Oplaadpaal op werkplaats

Terbeschikkingstelling van een oplaadpunt/ oplaadsysteem bij de werknemer thuis

Tussenkomst van de werkgever in de elektriciteitskosten van de wagen

EEN voordeel van alle aard = voertuig

Een voordeel van alle aard 'alles inbegrepen'

Een voordeel van alle aard 'alles inbegrepen' (ongeacht of de elektriciteit voor het voertuig rechtstreeks aan de werkgever wordt gefactureerd of door hem wordt terugbetaald aan de werknemer)

Professionele verplaatsingen: kosten eigen aan de werkgever

De betaling van de elektriciteitskosten door de werknemer mag niet worden afgetrokken van het VAA.

Als de werknemer een bijdrage betaalt voor het gebruik van het oplaadpunt, kan deze bijdrage worden afgetrokken van het VAA. 

Woon-werkverkeer: gedeeltelijke vrijstelling

Privéverplaatsing: VAA op basis van de werkelijke waarde (gemiddelde kostprijs voor 1 kWh elektriciteit voor huishoudelijke afnemers, all-in en inclusief BTW)

Bron: De Kamer, V & A, QRVA 55 060, 24 juli 2021, p. 159.