Heeft uw werknemer een arbeidshandicap? Denk aan de Vlaamse ondersteuningspremie (VOP).

Van 
80657

De werkgever kan 5 jaar (of langer bij een verlenging) genieten van de Vlaamse ondersteuningspremie voor een werknemer met een arbeidshandicap. Vanaf 1 juli 2016 is het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) verantwoordelijk voor de uitbetaling.

Wanneer heeft de werknemer een arbeidshandicap?

Een arbeidshandicap is een aandoening van psychische, lichamelijke of zintuiglijke aard waardoor de werknemer het moeilijk heeft om werk te vinden of om zijn functie uit te voeren.

De VDAB bepaalt of de werknemer recht heeft op de Vlaamse ondersteuningspremie op basis van één van de onderstaande mogelijkheden:

  • de lijst met aandoeningen en voorgaande feiten van personen met een indicatie van een arbeidshandicap;
  • multidisciplinaire informatie;
  • het gespecialiseerde arbeidsonderzoek, uitgevoerd door een gespecialiseerde arbeidsonderzoekdienst.

Zowel de lijst met aandoeningen en voorafgaande feiten als de lijst met multidisciplinaire informatie die mogelijk recht geven op de VOP zijn ondertussen verschenen in het Belgisch Staatsblad (Ministerieel Besluit 8 augustus 2016 – zie referentie onderaan dit artikel). Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen criteria met voorwaarden en criteria zonder voorwaarden.

Welke voorwaarden moeten vervuld zijn?

Een werkgever kan de Vlaamse ondersteuningspremie aanvragen voor alle werknemers

  • waarvoor een loon en sociale zekerheid wordt betaald;
  • met een arbeidshandicap die officieel erkend is door de VDAB;
  • en met domicilieadres in Vlaanderen of Brussel.

De werkgevers die in aanmerking komen zijn:

  • een natuurlijke persoon of een privaatrechtelijke rechtspersoon;
  • een lokaal bestuur (provincie, gemeente, OCMW, verzelfstandigd agentschap of vereniging);
  • een onderwijsinstelling;
  • een uitzendkantoor;
  • of een maatwerkbedrijf (mits bepaalde voorwaarden voldaan zijn).

Ook zelfstandigen (in hoofd- of bijberoep) komen in aanmerking voor de premie. Hiervoor zijn afwijkende regels voorzien.

U mag geen werknemer ontslaan om deze te vervangen door een werknemer met een arbeidshandicap die wel recht heeft op de premie. U mag ook geen werknemer ontslaan om deze later opnieuw aan te werven om de premie te verkrijgen.

Opgelet ! Het zal niet mogelijk zijn om de premie te combineren met bepaalde andere vergoedingen (zoals de vergoeding voor het inschakelingstraject van de doelgroepwerknemer, …)

Hoeveel bedraagt de premie?

De premie is een percentage van het geplafonneerd referteloon en wordt in principe gedurende twintig kwartalen (5 jaar) toegekend vanaf het kwartaal van aanvraag. De tegemoetkoming kan in bepaalde gevallen worden verlengd na twintig kwartalen.

Het percentage is afhankelijk van het kwartaal:

  • Kwartaal 1-5: 40% van het geplafonneerd referteloon
  • Kwartaal 6-9: 30% van het geplafonneerd referteloon
  • Kwartaal 10-20: 20% van het geplafonneerd referteloon

Het referteloon:

Het referteloon is het brutoloon vermeerderd met de gewone werkgeversbijdragen RSZ en verminderd met de RSZ-verminderingen.

Het referteloon wordt bij een voltijdse tewerkstelling bovendien geplafonneerd tot het dubbele van het gewaarborgd gemiddeld minimummaandinkomen (GGMMI).

Ook bij deeltijdse tewerkstelling zal de tegemoetkoming in de loonkost pro rata worden begrensd:

  • vanaf 1 juli 2016 bij nieuwe aanvragen;
  • bij verlengingen van reeds voor 1 juli 2016 goedgekeurde aanvragen en sowieso vanaf 1 januari 2019 bij reeds voor 1 juli 2016 goedgekeurde aanvragen.

Wat wanneer de aanvraag pas enkele kwartalen na de indiensttreding ingediend wordt?

De premie wordt toegekend vanaf het kwartaal van aanvraag, maar wordt berekend vanaf het kwartaal van indiensttreding van de werknemer. Wanneer de aanvraag bijvoorbeeld pas plaatsvindt in het tiende kwartaal van tewerkstelling van de werknemer, zal de premie gedurende vijf jaar worden toegekend aan 20%.

Wanneer wordt de premie betaald?

Vanaf 1 juli 2016 is het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) bevoegd voor de betaling van de Vlaamse ondersteuningspremie aan de werkgever. VDAB blijft bevoegd voor de betalingen tot en met het tweede kwartaal van 2016.

Het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) betaalt ieder kwartaal de premie van het voorgaande kwartaal automatisch uit. Zo zal de betaling voor het derde kwartaal 2016 uitgevoerd worden in december 2016.

Hoe kan u de premie aanvragen?

Vanaf 1 juli 2016 kan u als werkgever bij het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) een aanvraag indienen. De aanvraag moet gebeuren per werknemer met een arbeidshandicap. Er is geen termijn voorzien waarbinnen de premie aangevraagd moet worden. De aanvraag kan zowel voor een toekomstige werknemer als een huidige werknemer gebeuren. Meer informatie hierover kan u terugvinden op volgende website http://www.werk.be/online-diensten/vlaamse-ondersteuningspremie-vop.

Het Departement Werk en Sociale Economie (DWSE) beslist vervolgens op basis van de input van de VDAB over het bedrag en de duurtijd van de premie en bezorgt de werkgever de beslissing over de aanvraag.

 

Bronnen:

  • Besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2008 betreffende de professionele integratie van personen met een arbeidshandicap, BS 3/10/2008.
  • Decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid, BS 4/4/2016.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 10 juni 2016 tot uitvoering van het decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid, BS 28/6/2016.
  • Ministerieel besluit van 8 augustus 2016 tot bepaling van de criteria en de multidisciplinaire informatie die recht verlenen op de Vlaamse ondersteuningspremie en tot aanduiding van de organisatie die gelast is met de beoordeling van zelfstandige activiteiten, BS 7/9/2016.