Detachering naar België : verplichte aanduiding van een verbindingspersoon

Van 
82060

Werkgevers die werknemers naar België detacheren moeten sinds 30 december 2016 een verbindingspersoon aanduiden in België. Via die verbindingspersoon kunnen de inspectiediensten de nodige documenten opvragen om de naleving van de Belgische arbeidsvoorwaarden te controleren.

Onlangs kon u op onze website lezen dat de Europese detacheringsrichtlijn werd omgezet in Belgische wetgeving. Die nieuwe wet bevatte vier groepen van bepalingen.

In dit artikel gaan we dieper in op de tweede groep van bepalingen, namelijk die met betrekking tot het begrip ‘detachering’ en het daarmee samenhangend probleem van controle van de arbeidsvoorwaarden van de werknemers die naar België worden gedetacheerd.

Begrip ‘detachering’

De wet voegt twee niet-exhaustieve lijsten van feitelijke criteria in die moeten leiden tot een betere beoordeling van het begrip ‘detachering’ en een betere aanpak van situaties die in werkelijkheid geen detachering zijn.

Gedetacheerde werknemer

Begrip

De wet definieert het begrip ‘gedetacheerde werknemers’ als de werknemers die tijdelijk arbeidsprestaties verrichten in België en die, hetzij gewoonlijk werken op het grondgebied van één of meer andere landen dan België, hetzij zijn aangeworven in een ander land dan België.

Beoordelingscriteria

De eerste lijst van feitelijke criteria heeft betrekking op de vereiste van het tijdelijke karakter van de detachering. Om te bepalen of betrokken werknemers tijdelijk arbeidsprestaties verrichten in België, moeten alle feitelijke elementen die hun werk en situatie kenmerken, worden onderzocht. Deze feitelijke elementen kunnen met name omvatten :

  1. het werk dat voor een bepaalde periode wordt verricht in België;
  2. de datum waarop de detachering begint;
  3. de situatie voor de werknemer die wordt tewerkgesteld in België en die op die manier wordt gedetacheerd in een ander land dan die waar of van waaruit hij gewoonlijk zijn arbeid verricht;
  4. het feit dat de werknemer die op die manier wordt tewerkgesteld in België, na de beëindiging van de werkzaamheden of de dienstverrichting waarvoor hij was gedetacheerd naar België, terugkeert of geacht wordt zijn activiteit te hernemen in het land van waaruit hij werd gedetacheerd;
  5. de aard van de activiteiten;
  6. de werkgever die de werknemer detacheert, zorgt voor het vervoer, de kost en inwoon of accommodatie of dat deze door hem wordt terugbetaald en waar dit het geval is, op welke wijze hierin is voorzien of op welke manier dit wordt terugbetaald;
  7. alle eerdere tijdvakken waarin dezelfde of een andere gedetacheerde werknemer de betrokken werkzaamheden heeft verricht.

De werkgever

Begrip

Onder de detacherende werkgever wordt in de zin van deze wetgeving begrepen: de natuurlijke personen of rechtspersonen die gedetacheerde werknemers tewerkstellen en van wie de onderneming in een ander land dan België daadwerkelijk substantiële activiteiten verricht, namelijk activiteiten andere dan uitsluitend intern beheer of administratieve activiteiten.

Beoordelingscriteria

Om vast te stellen of deze onderneming daadwerkelijk substantiële activiteiten verricht, wordt een algemene beoordeling uitgevoerd van alle feitelijke elementen die, gedurende een langere periode, kenmerkend zijn voor de activiteiten die deze onderneming verricht in de lidstaat waar zij is gevestigd en, zo nodig, in België. Deze elementen kunnen met name omvatten :

  1. de plaats waar de onderneming haar statutaire zetel heeft en haar administratie wordt verricht, waar zij kantoren heeft, belastingen en socialezekerheidspremies betaalt, en waar zij, indien van toepassing, overeenkomstig het nationale recht een vergunning voor de uitoefening van een beroep heeft of is ingeschreven bij kamers van koophandel of beroepsorganisaties;
  2. de plaats waar gedetacheerde werknemers worden aangeworven en van waaruit ze worden gedetacheerd;
  3. het recht dat van toepassing is op de overeenkomsten van de onderneming met haar werknemers, enerzijds, en haar klanten, anderzijds;
  4. de plaats waar de onderneming haar belangrijkste ondernemingsactiviteiten ontplooit en waar zij administratief personeel heeft;
  5. het aantal uitgevoerde overeenkomsten en/of de grootte van de omzet in het land van vestiging, rekening houdend met onder andere de specifieke situatie van nieuwe ondernemingen en kleine en middelgrote ondernemingen.

Andere criteria

Beide lijsten van beoordelingscriteria zijn niet-exhaustief. Ze kunnen bovendien nog worden aangevuld via een koninklijk besluit.

Controle van de arbeidsvoorwaarden

Welke arbeidsvoorwaarden moeten worden nageleefd?

Werkgevers die naar België gedetacheerde werknemers tewerkstellen, zijn verplicht om voor de in België geleverde arbeid het grootste gedeelte van de Belgische arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden na te leven. Het gaat onder andere om de regels inzake arbeidsduur, betaalde feestdagen, de welzijnswetgeving, de bepalingen van algemeen verbindend verklaarde cao’s (dus ook de Belgische minimumlonen), …

Die werkgevers mogen maar afwijken van die voorwaarden voor zover die afwijkingen gunstiger zijn voor de gedetacheerde werknemers (vb. toepassing van gunstigere regels van het land van waaruit de werknemer wordt gedetacheerd).

Controlemaatregelen

Aan de na te leven arbeidsvoorwaarden zelf werd niets gewijzigd door de nieuwe detacheringswet. Er werd voor de voor de inspectiediensten de mogelijkheid ingevoerd om vier types van documenten te vragen aan de werkgever die werknemers naar België detacheert.

Welke documenten kunnen de inspectiediensten opvragen?

Het gaat om volgende documenten:

  1. een kopie van de arbeidsovereenkomst van de gedetacheerde werknemer;
  2. de informatie met betrekking tot de vreemde valuta die dienst doet als betaling van het loon, de voordelen in geld of in natura verbonden aan de tewerkstelling in het buitenland, de voorwaarden van de repatriëring van de gedetacheerde werknemer;
  3. de arbeidstijdenoverzichten die begin, einde en duur van de dagelijkse arbeidstijd van de gedetacheerde werknemer weergeven;
  4. de betalingsbewijzen van de lonen van de gedetacheerde werknemer.

Bovenstaande lijst van documenten kan nog worden aangevuld via een koninklijk besluit.

Moet er ook een loonbrief en een individuele rekening kunnen worden voorgelegd?

De detacherende werkgevers kunnen gedurende een bepaalde periode worden vrijgesteld van het opstellen en bijhouden van een Belgische loonbrief en individuele rekening voor zover zij op verzoek van de inspectiediensten een kopie bezorgen van de loondocumenten bepaald door het land van vestiging die vergelijkbaar zijn met de loonbrief resp. individuele rekening naar Belgisch recht.

De periode van vrijstelling wordt nog vastgelegd in een koninklijk besluit.

Wanneer ze die loondocumenten niet bezorgen, moet er zowel een loonbrief als  een individuele rekening die voldoen aan de Belgische wettelijke bepalingen worden opgesteld en bijgehouden.

In welke taal moeten de documenten worden bezorgd?

Op verzoek van de inspectiediensten moet de werkgever een vertaling van bovenstaande documenten afleveren, hetzij in één van de landstalen, hetzij in het Engels.

Hoe lang moet de werkgever die documenten kunnen voorleggen?

Na de afloop van de detachering naar België zijn de werkgevers ertoe gehouden gedurende een periode van één jaar aan de inspectiediensten op hun vraag de hogervermelde documenten te bezorgen.

Mogen die documenten ook elektronisch worden bezorgd?

De wet laat toe dat de documenten op papieren drager of in elektronische vorm worden bezorgd.

Wat is de sanctie?

Het niet bezorgen van de hogergenoemde documenten aan de inspectiediensten op hun verzoek wordt gestraft met een sanctie van niveau 2 zoals bepaald in het Sociaal Strafwetboek. Rekening houdend met de opdeciemen die van toepassing zijn sinds 1 januari 2017 betreft het dus een administratieve geldboete van 200 tot 2.000 EUR of een strafrechtelijke geldboete van 400 tot 4.000 EUR. Die geldboete wordt vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers.

Zijn er uitzonderingen?

Een koninklijk besluit kan voorwaarden bepalen waaronder de detacherende werkgevers vrijgesteld kunnen worden van de verplichting om die documenten te bezorgen, rekening houdende met de beperkte duur van de activiteiten in België of met de bijzondere aard van de activiteiten.

Aanduiden van een verbindingspersoon

Voorafgaandelijk aan de detachering naar België moet de werkgever een verbindingspersoon aanwijzen en deze aanstelling meedelen aan de inspectiediensten. Hoe die mededeling precies moet gebeuren moet nog worden bepaald bij koninklijk besluit.

De verbindingspersoon moet een natuurlijke persoon zijn en heeft als taak het contact te verzekeren met de inspectiediensten. De inspectiediensten kunnen deze contacteren om elk document of advies te bezorgen of in ontvangst te nemen dat betrekking heeft op de tewerkstelling van de werknemers gedetacheerd in België. Het gaat onder andere om de hogergenoemde documenten.

Het niet meedelen aan de inspectiediensten van de aanwijzing van een verbindingspersoon wordt gestraft met een sanctie van niveau 2 zoals bepaald in het Sociaal Strafwetboek. Rekening houdend met de opdeciemen die van toepassing zijn sinds 1 januari 2017 betreft het dus een administratieve geldboete van 200 tot 2.000 EUR of een strafrechtelijke geldboete van 400 tot 4.000 EUR.

Inwerkingtreding

De nieuwe bepalingen zijn in werking getreden sinds 30 december 2016. Voor de wijze van mededeling van de aanduiding van de verbindingspersoon aan de inspectiediensten wachten we wel nog op het uitvoeringsbesluit. Wij houden u hiervan op de hoogte.

Bron: Wet van 11 december 2016 houdende diverse bepalingen inzake detachering van werknemers (BS 20 december 2016)