Naast de aanname van de wet betreffende werkbaar en wendbaar werk die de regels inzake bekendmaking voor deeltijdse arbeid vereenvoudigt, heeft de regering een koninklijk besluit aangenomen dat het krediet aan bijkomende uren zonder overloon verhoogt. Deze nieuwe bepalingen treden in werking op 1 oktober 2017.
Wat is een bijkomend uur?
Een bijkomend uur is iedere prestatie die door een deeltijdse werknemer buiten zijn werkrooster wordt verricht.
- Wanneer een werknemer een vaste werkregeling met een vast werkrooster heeft, zijn bijkomende uren alle prestaties verricht buiten het werkrooster dat in de arbeidsovereenkomst is vastgelegd.
- Wanneer een werknemer een vaste werkregeling met een variabel werkrooster heeft, zijn bijkomende uren alle prestaties verricht buiten het werkrooster dat door de werkgever werd meegedeeld.
- Wanneer een werknemer een flexibele werkregeling heeft, zijn bijkomende uren enerzijds alle prestaties verricht boven de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur die vastgelegd is in de arbeidsovereenkomst en anderzijds alle prestaties verricht buiten het werkrooster dat door de werkgever is meegedeeld.
Ter herinnering: een flexibele regeling is een werkregeling waarbij een werknemer ertoe kan worden gebracht een aantal uren te presteren dat van week tot week verschilt mits naleving van een gemiddelde wekelijkse arbeidsduur die over een referteperiode van een kwartaal is bepaald (kan tot een jaar worden verlengd).
Bijkomende uren moeten in principe worden betaald met een overloon van 50% (of 100% voor de bijkomende uren die op een zondag of een feestdag werden verricht). Er is echter een krediet aan bijkomende uren die zonder overloon kunnen worden gepresteerd.
Het krediet aan bijkomend uren:
Het koninklijk besluit van 25 juni 1990 tot gelijkstelling van sommige prestaties van deeltijds tewerkgestelde werknemers met overwerk bepaalt het krediet aan bijkomende uren die zonder overloon kunnen worden verricht.
- Wanneer een werknemer een vaste werkregeling met een vast of variabel werkrooster heeft, bedraagt het urenkrediet 12 uur per maand. Dit krediet wordt niet uitgebreid.
- Wanneer een werknemer een flexibele werkregeling heeft, was voordien een krediet voorzien van drie uur vermenigvuldigd met het aantal weken in de referentieperiode met een maximum van 39 uur over de referteperiode (= 3 uur x 13 weken). Als de referteperiode tot een jaar wordt uitgebreid, blijft het krediet op 39 uur bepaald.Dit urenkrediet wordt voortaan uitgebreid tot 3 uur en 14 minuten vermenigvuldigd met het aantal weken in de referentieperiode. Het maximum wordt uitgebreid tot 168 uur als de referteperiode op een jaar is bepaald (= 3u14 min. x 52 weken).
Deze regels zijn alleen van toepassing als er geen collectieve arbeidsovereenkomst ter zake wordt afgesloten.
Bron: Koninklijk besluit van 23 maart 2017 tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 juni 1990 tot gelijkstelling van sommige prestaties van deeltijds tewerkgestelde werknemers met overwerk, B.S., 5 april 2017.