Coronavirus: advies Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk over inzetten sneltests

article image Van 

Tijdens het laatste Overlegcomité heeft de regering aangekondigd dat ze antigeensneltests wenst in te zetten in ondernemingen waar telewerk niet mogelijk is. We lichten deze maatregel toe.

De regering wenst zo snel mogelijk dat sneltests worden uitgevoerd in ondernemingen waar telewerk niet mogelijk is. De minister van Arbeid heeft de sociale partners die zetelen in de Hogere Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk om advies gevraagd over de toepassing van deze maatregel. We geven u hierna de  voornaamste elementen van dit advies.

1. Binnen welk wettelijk kader?

Volgens de sociale partners kunnen deze tests alleen plaatsvinden binnen het enige wettelijke kader dat in dit stadium bestaat, namelijk het kader dat voorziet in uitgebreide bevoegdheden van de bedrijfsarts tijdens de gezondheidscrisis. Dit kader wordt bepaald door het koninklijk besluit van 5 januari 2021 betreffende de rol van de preventieadviseur-arbeidsarts bij de bestrijding van het coronavirus COVID-19.

2. Tests in het kader van clusterbeheer  

Het koninklijk besluit biedt de arts de mogelijkheid om bepaalde werknemers te laten testen. Het betreft werknemers voor wie de arbeidsarts oordeelt dat een test noodzakelijk is om een (dreigende) uitbraak in de onderneming onder controle te houden in het kader van clusterbeheer.

Binnen dit wettelijk kader kan worden voorzien dat de arbeidsarts alle werknemers of een deel van de werknemers op geregelde tijdstippen (bijvoorbeeld 1 tot 2x/week) aan een (snel)test kan onderwerpen gedurende een bepaalde periode (bijvoorbeeld 3 weken).

3. Tests buiten clusterbeheer 

Tests die buiten clusterbeheer worden uitgevoerd, en dus los van enige gekende besmetting in de onderneming, kunnen volgens het advies van de sociale partners enkel onder bepaalde strikte voorwaarden worden uitgevoerd (beslissing van de arbeidsarts in samenspraak met de gezondheidsinspecteur en/of de arts sociaal inspecteur van de AD Toezicht Welzijn op het werk, tijdens een welbepaalde, beperkte periode, voor door de arbeidsarts bepaalde werknemerscategorieën, ... ).

4. Met toestemming van de werknemer

De sociale partners benadrukken ook de voorafgaande voorwaarden voor de uitvoering van deze tests. De volgende principes moeten worden toegepast: 

  • De werknemers moeten hun toestemming geven om zich te laten testen; ze kunnen er niet toe  worden gedwongen.
  • Sneltests of andere tests mogen in geen geval worden ingezet als middel om de preventiemaatregelen zoals bepaald in de generieke gids/sectorgids niet na te leven of om een afwijking op de quarantaineverplichting te verkrijgen. Het inzetten van tests moet altijd gepaard gaan met correctieve maatregelen.
  • De naleving van de regels inzake verwerking van persoonsgegevens moet bij elke stap van de teststrategie gewaarborgd zijn. Testresultaten mogen in geen enkel geval aan de werkgever worden bezorgd.
  • Het moet duidelijk zijn wat het gevolg is van een positief testresultaat na een sneltest. Dit moet in elk geval leiden tot quarantaine en contactopsporing.
  • Sneltests mogen niet enkel worden voorbehouden aan grote ondernemingen, maar moeten ook ten goede komen aan kleinere ondernemingen.

5. samenvattend schema

De FOD heeft op basis van dit advies het volgend samenvattend schema uitgewerkt op zijn website :

 

De regering zal op basis van dit advies ook de regels aanpassen.

 

Bron: Standpunt van de sociale partners van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk betreffende het inzetten in ondernemingen van sneltests op repetitieve basis - 21 maart 2021