Coronavirus: wat te doen als uw werknemer terugkeert uit een rode zone maar weigert u hierover te informeren?

Van 

Er moet een evenwicht worden gevonden tussen de plichten van de werknemer en het recht op privacy van de werknemer.


101917

Er moet een evenwicht worden gevonden tussen de plichten van de werknemer en het recht op privacy van de werknemer.

Vele werknemers keren terug uit vakantie. Rekening houdend met de huidige context kunnen werkgevers met bijzondere situaties te maken krijgen …

We nemen het volgende geval: een werknemer heeft zijn vakantie doorgebracht in een rode zone. De RVA is van oordeel dat het in een dergelijke situatie niet mogelijk is om uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht aan te vragen. Uit vrees twee weken zonder loon te zitten, geeft de werknemer in kwestie er de voorkeur aan zijn verblijfplaats te verzwijgen voor zijn werkgever... Bij zijn terugkeer hervat de werknemer dan ook zijn werk zonder de hem opgelegde quarantaineperiode in acht te nemen. Via de sociale media komen zijn collega’s er evenwel achter dat hij zich in een rode zone heeft begeven. Ongerust vragen ze hun werkgever om maatregelen ten opzichte van hem te nemen. Wat kan u doen als werkgever?

Rechten en plichten  

1. De werkgever

De werkgever moet als een goed huisvader ervoor zorgen dat zijn werknemers de hen toevertrouwde taken in veilige en gezonde omstandigheden verrichten. Hij moet in het bijzonder toezien op de naleving van de gezondheidsmaatregelen die vermeld zijn in de generieke gids om de verspreiding van COVID-19 op het werk tegen te gaan. In deze context kan het belangrijk zijn dat de werkgever de reisbestemming van zijn werknemer kent.  

2. De werknemer

Van zijn kant heeft de werknemer recht op bescherming van zijn privéleven. Hij is dan ook niet verplicht te antwoorden op de vragen van de werkgever over zijn verblijfplaats. Hij moet zich echter ook onthouden van elk gedrag dat de veiligheid van zijn collega's in gevaar kan brengen. Bovendien is hij verplicht een quarantaineperiode in acht te nemen en zich te laten testen als hij terugkeert uit een rode zone.

Hoe reageren in een dergelijke situatie?

1. Vooraf informeren

Het is sterk aangeraden om deze zaken vooraf te regelen via in de onderneming gesloten akkoorden of eenvoudigweg door een mededeling in die zin aan het personeel. Zo kunnen werknemers die uit een risicozone terugkeren duidelijke richtlijnen volgen en wordt vermeden dat de veiligheid van de andere werknemers in gevaar wordt gebracht. De aanbevelingen van de generieke gids kunnen hierbij als uitgangspunt dienen.

Meer bepaald is het aangewezen om het personeel te herinneren aan het feit dat het sterk wordt afgeraden om zich naar rode zones te begeven en aan de gevolgen ervan. Een dergelijke herinnering kan ook betrekking hebben op de voorwaarden die in acht moeten worden genomen bij terugkeer uit een oranje zone.

Zo is het ook nuttig de werknemers te vragen om bij hun terugkeer informatie over hun verblijfplaats te geven zodat de werkgever  de nodige schikkingen kan treffen om het werk zo goed mogelijk te organiseren (telewerk, werken in een aparte ruimtes, al dan niet verplichte quarantaine, akkoord om de vakantieperiode te verlengen of inhaalrustdagen op te nemen, enz.).  

Het doel van deze voorafgaande informatie is de werknemer verantwoordelijkheidsgevoel te geven en aldus op zijn medewerking te kunnen rekenen.

2. Bij terugkeer verplichten

Het recht op bescherming van het privéleven van de werknemer is geen absoluut recht. Dit grondrecht moet worden afgewogen tegen de gezondheids- en veiligheidsvoorschriften die zowel voor werknemer als werkgever gelden.  

Als de werknemer beslist niet in quarantaine te gaan en het werk te hervatten gedurende de voorziene quarantaineperiode (wat een schending van de quarantaineplicht is), dan heeft de werkgever het recht hem de toegang tot de arbeidsplaats te weigeren.  

In bovenvermeld geval waarbij een werknemer weigert zijn vakantieplaats bekend te maken  maar de werkgever redelijke gronden heeft om zich ongerust te maken (bijvoorbeeld getuigenissen van andere werknemers), kan de werkgever hem verplichten thuis te blijven.

Hij kan de werknemer ook vragen  naar zijn huisarts te gaan om een quarantainegetuigschrift te bekomen alsook een attest om zich te laten testen. Uiteindelijk is het de werknemer die moet bewijzen dat de redelijke vrees van de werkgever ongegrond is.