Coronavirus: Mogelijkheid om tot 220 vrijwillige overuren te presteren in kritieke sectoren (UPDATE)


100019

De regering heeft een tijdelijke verhoging voorzien van het maximumaantal vrijwillige overuren. Dit supplement van uren mag zonder toeslag betaald worden, moet niet ingehaald worden en geniet een sociaal- en fiscaal vriendelijk regime

De regering heeft maatregelen genomen tot vrijwaring van een vlotte arbeidsorganisatie in de kritieke sectoren en tot ondersteuning van de werknemers die door de coronacrisis getroffen zijn. Een van deze maatregelen is een verhoging van het maximumaantal vrijwillige overuren in kritieke sectoren.

Vrijwillige overuren

Het betreft een mogelijkheid die aan werknemers wordt geboden om op vrijwillige basis en op aanbod van hun werkgever overuren te presteren.

De werknemer die dit wenst, kan aan zijn werkgever laten weten dat hij bereid is om tot maximum 120 overuren per jaar te presteren. Een cao afgesloten op sectorniveau kan dit aantal op maximum 360 uren per jaar brengen (bijvoorbeeld in de horecasector).

Eens de werknemer zijn akkoord heeft gegeven, is het aan de werkgever om hem overuren aan te bieden.

Er is een voorafgaand akkoord vereist

Om het vrijwillige karakter van het systeem te vrijwaren, moet vóór de prestatie van de overuren met elke werknemer die zich daartoe bereid heeft verklaard, een schriftelijk akkoord worden gesloten.  Deze overeenkomst is maximum 6 maanden geldig en moet dus om de 6 maanden worden hernieuwd.

U kunt bij uw payroll advisor een model van overeenkomst inzake vrijwillige overuren bekomen.

Eens dit akkoord is gesloten, moet geen andere formaliteit meer worden vervuld. De werkgever moet de reden waarom hij deze overuren laat presteren dus niet rechtvaardigen.

Er bestaan maximumgrenzen

Bij de prestatie van deze vrijwillige overuren moeten de maximumgrenzen van 11 uur per dag en 50 uur per week worden nageleefd.

Bovendien moeten deze overuren in aanmerking worden genomen voor de berekening van de interne grens, met uitzondering van de eerste 25 vrijwillige overuren in de referteperiode (die bij sector-cao tot 60 kunnen worden opgetrokken) die niet meetellen voor de interne grens.

Overloon maar geen inhaalrust

Op het einde van de loonperiode moet de werkgever voor deze vrijwillige overuren een overloon betalen van 50 % of 100 % al naargelang deze uren tijdens de week, op een zondag of feestdag werden gepresteerd. Elk gepresteerd overuur wordt dus aan 150 % of 200 % betaald.

Deze vrijwillige overuren moeten daarentegen niet worden ingehaald via de toekenning van inhaalrust.

Voordelige fiscale behandeling

Voor vrijwillige overuren geldt het fiscaal gunstregime bepaald in de artikelen 154 bis en 272 WIB 92 binnen de grenzen en voorwaarden die door deze bepalingen zijn vastgesteld. Deze defiscalisatie bestaat uit een vermindering van de belasting en de bedrijfsvoorheffing voor de werknemer en een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor de werkgever.

Quotum verhoogd tot maximum 220 vrijwillige overuren in kritieke sectoren

De regering kent voortaan een bijkomend quotum van 120 vrijwillige overuren per werknemer toe met een maximum van 220 vrijwillige overuren in totaal over het tweede kwartaal 2020 in ondernemingen die tot kritieke sectoren behoren. Met andere woorden: als een werknemer zijn normaal quotum van 120 vrijwillige overuren al heeft uitgeput, dan kan hij een bijkomend quotum van 100 vrijwillige overuren bekomen (220 – 120 = 100).

De grens van 220 vrijwillige overuren is dus een maximumgrens voor het tweede kwartaal 2020. Als een werknemer bijvoorbeeld slechts 100 uur van zijn gewone quotum vrijwillige overuren opgebruikt en hij zijn bijkomend quotum van 120 vrijwillige overuren opgebruikt tijdens het tweede kwartaal 2020, dan wordt volgens het VBO de maximumgrens van 220 vrijwillige overuren in acht genomen. Tijdens de laatste twee kwartalen van 2020 kan hij dan het resterende saldo van zijn gewone quotum vrijwillige overuren (=20) opgebruiken.  Als het quotum gewone vrijwillige overuren bij sector-cao werd verhoogd, kan het saldo eveneens tijdens de laatste kwartalen van 2020 worden opgebruikt.

Deze maatregel is tijdelijk geldig en van toepassing voor de periode van 1 april tot en met 30 juni 2020. Het bijkomende quotum van maximum 120 vrijwillige overuren moet dus tijdens deze periode worden gepresteerd.

Dit bijkomende quotum van maximum 120 vrijwillige overuren wordt niet in aanmerking genomen voor de berekening van de interne grens.

De maximumgrenzen van 11 uur per dag en 50 uur per week moeten daarentegen altijd worden nageleefd. Dit systeem heeft dan ook geen nut in de ondernemingen waar de werknemers al tot 11 uur per dag en/of 50 uur per week werken op basis van een andere wettelijke afwijking.

Ten slotte is het nog altijd nodig een overeenkomst af te sluiten met elke werknemer die vrijwillig overuren presteert.

 Als een eventuele overeenkomst die al vóór de inwerkingtreding van deze tijdelijke maatregel werd gesloten en het hele tweede kwartaal 2020 dekt, ook van toepassing zou kunnen zijn op dit bijkomende quotum van 120 vrijwillige overuren, dan raden we u aan een nieuwe overeenkomst te sluiten om de zaken duidelijk te stellen.U kunt bij uw payroll advisor een model van overeenkomst inzake vrijwillige overuren in het kader van deze maatregel bekomen.

Geen overloon noch inhaalrust

De uren die in het kader van dit bijkomende quotum van maximum 120 vrijwillige overuren worden gepresteerd, worden betaald aan 100 %, zonder overloon. Voor deze uren moet ook geen inhaalrust worden toegekend.

Geen sociale bijdragen noch bedrijfsvoorheffing

Het loon voor deze vrijwillige overuren is vrijgesteld van bedrijfsvoorheffing en eveneens vrijgesteld van sociale bijdragen. Het nettoloon van de werknemer stemt dus overeen met het brutoloon (dat eveneens overeenstemt met de loonkost voor de werkgever).

Het is dan ook aangeraden in de overeenkomst met de werknemer te bepalen dat het bijkomende quotum van vrijwillige overuren bij voorrang moet worden opgebruikt en dus vóór het gewone quotum van vrijwillige overuren waarvoor deze gunstige sociale en fiscale behandeling niet van toepassing is.

Enkel voor ondernemingen van kritieke sectoren

Deze maatregel is enkel van toepassing op ondernemingen en instellingen die tot de kritieke sectoren en essentiële diensten behoren zoals bepaald in het ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.

Bron:

  • Bijzondere machtenbesluit nr.14 van 27 april 2020 tot uitvoering van artikel 5, § 1, 5° van de wet van 27 maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus Covid-19 (II) tot vrijwaring van een vlotte arbeidsorganisatie in de kritieke sectoren (BS 28 april 2020)
  • Wet van 29 mei 2020 houdende diverse dringende fiscale bepalingen ten gevolge van de COVID-19 pandemie (BS 11 juni 2020)
  • KB 5 juni 2020 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 november 1969 (BS 24 juni 2020)