Wat moeten uw werknemers doen om uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid te bekomen?

article image Van 
99734

Sinds 20 maart 2020 is de procedure voor tijdelijke werkloosheid voor werkgevers vereenvoudigd. Hoe zit het met de werknemers?

Vereenvoudigd formulier voor de aanvraag van werkloosheidsuitkeringen

Voor de periode van 1 maart tot en met 30 juni 2020 kan de werknemer werkloosheidsuitkeringen aanvragen door middel van een vereenvoudigde versie van het formulier 3.2-werknemer, de 'C.3.2. - werknemer corona'.

Hoe te werk gaan?

Vooreerst moet de werknemer het formulier 'C.3.2. - werknemer corona' invullen.

Dit document wordt niet door de werkgever afgeleverd. In principe wordt het door de uitbetalingsinstelling van de werknemer bezorgd (de vakbond van de werknemer of de HVW). De werknemer kan het ook hier downloaden.

Vervolgens moet het ingevulde document door de werknemer aan zijn uitbetalingsinstelling worden bezorgd.

Welke uitbetalingsinstelling ?

  • Als de werknemer niet gesyndikeerd is, moet de hij het formulier overmaken aan de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen (HVW).
  • Als de werknemer gesyndikeerd is, dan kan hij het formulier ook overmaken aan zijn vakbond (ACV, ABVV of ACLVB).

In de plaats van het formullier ‘C3.2-werknemer corona’ kan de werknemer eveneens een online formulier invullen op de website van de uitbetalingsinstelling.

De werknemer vindt bijkomende informatie over de wijze waarop dit formulier moet worden overgemaakt op de website van zijn uitbetalingsinstelling.

Voor meer informatie: HVW, ACV, ACLVB en ABVV.

En daarna?

De werknemer moet niets meer doen.

De aanvraag wordt door de uitbetalingsinstelling aangemaakt en aan het bevoegde rva-kantoor overgemaakt. De RVA moet de aanvraag uiterlijk ontvangen op het einde van de tweede maand die volgt op de maand van de tijdelijke werkloosheid. Concreet betekent dit dat de uiterste indieningsdatum 31 mei 2020 is als 14 maart 2020 de eerste dag tijdelijke werkloosheid was.

Wat met de betaling?

Het bedrag van de uitkeringen wordt berekend op basis van de dmfa- en asr-aangiften.

De uitbetalingsinstelling betaalt de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid aan de werknemer.

Op 11 maart 2020 werd de uitkering voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht opgetrokken van 65 naar 70 % van het gemiddelde loon van de werknemers en dit tot 30 juni 2020. De loongrens waarop deze uitkering wordt berekend, bleef behouden op 2.754,76 EUR per maand.

Tot 30 juni 2020 zal de RVA bovenop deze werkloosheidsuitkering een toeslag van 5,63 EUR betalen per dag tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

Op de uitkering en de toeslag wordt een bedrijfsvoorheffing van 26,75% ingehouden.

In sommige sectoren is de werkgever of het sectoraal Fonds ook nog verplicht om een aanvullende vergoeding te betalen in geval van overmacht. De werknemer uit dergelijke sectoren zal deze sectoraal verplichte aanvullende vergoeding bovenop zijn werkloosheidsuitkering en de aanvullende vergoeding van de RVA ontvangen.

Meer informatie hierover vindt u op het infoblad ‘Tijdelijke werkloosheid - Covid 19’ van de RVA.

 

Meer informatie over de impact van het coronavirus op uw onderneming kunt in onze Dossier Coronavirus Covid-19 terugvinden.

 

jQuery(function ($) { if (!document.getElementById("searchresult")) { $("#keywordsection").hide(); } });