Mobiliteitsvergoeding (cash for car): al wijzigingen op komst

Van 
92783

Een wetsontwerp dat in de Kamer werd neergelegd, brengt correcties aan de bepalingen van de mobiliteitsvergoeding (cash for car) aan.

Ter herinnering: het algemene principe is dat de werknemer die een bedrijfswagen heeft deze wagen inruilt voor een som geld, mobiliteitsvergoeding genaamd. Dit is dus een volledige ruil, aangezien de werknemer afstand doet van zijn bedrijfswagen (en alle bijhorende voordelen) en als compensatie een som geld ontvangt die hij kan gebruiken voor de financiering van zijn verschillende trajecten, privéverplaatsingen en/of woon-werkverplaatsingen.

De wet is met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2018 in werking getreden: zie ons artikel van 24 mei 2018.

Een wetsontwerp dat op 3 december 2018 in de Kamer werd neergelegd, wijzigt al sommige bepalingen van het systeem teneinde de regels inzake mobiliteitsvergoeding in overeenstemming te brengen met die van het toekomstige mobiliteitsbudget (zie ons artikel van 13 december 2018).

Uitbreiding van cash for car voor werknemers die in aanmerking komen voor een bedrijfswagen

Zoals dit het geval zal zijn voor het mobiliteitsbudget, wordt de mobiliteitsvergoeding mogelijk voor alle werknemers die in aanmerking komen voor een bedrijfswagen, maar ervan hebben afgezien. Op die manier vermijdt men dat de werknemer wordt gedwongen een bedrijfswagen te gebruiken om aanspraak te kunnen maken op een mobiliteitsvergoeding.

Een werknemer komt in aanmerking voor een bedrijfswagen als hij deel uitmaakt van een functiecategorie waarvoor een bedrijfswagen is voorzien in het bedrijfswagenbeleid van zijn werkgever.

De volgende voorwaarden moeten vervuld zijn:

  • op het ogenblik van de aanvraag: minstens 3 ononderbroken maanden in aanmerking komen voor een bedrijfswagen;
  • EN tijdens de 36 maanden vóór de aanvraag: minstens 12 maanden in aanmerking gekomen zijn voor een bedrijfswagen bij de huidige werkgever.

Voornoemde voorwaarden van 3 en 12 maanden zijn niet van toepassing bij aanwerving, bevordering of functieverandering vóór 1 januari 2019.

Vraag: Welke waarde moet in aanmerking worden genomen? In de memorie van toelichting staat vermeld dat de mobiliteitsvergoeding in dat geval wordt berekend op de bedrijfswagen die de werknemer zou hebben gekozen (fictieve bedrijfswagen) in het kader van de regels voorzien in het bedrijfswagenbeleid van de werkgever.

Einde van de overdraagbaarheid

Er wordt geen rekening meer gehouden met de tijd die bij de vorige werkgever is verstreken om te controleren of de werknemer wel degelijk de voorwaarde vervult om over een bedrijfswagen te beschikken of er lang genoeg recht op te hebben. In plaats daarvan kiest de wetgever voor de uitbreiding van het systeem tot de werknemers die in aanmerking komen voor een bedrijfswagen.

Mededeling door de werkgever

Nog altijd met het doel op één lijn te zitten met het mobiliteitsbudget, wordt toegevoegd dat,  na de schriftelijke aanvraag van de werknemer, de werkgever hem vooraf de berekeningswijze en het bedrag van de mobiliteitsvergoeding moet meedelen.

Einde van de mobiliteitsvergoeding

Rekening houdend met de nakende komst van het mobiliteitsbudget wordt bepaald dat de mobiliteitsvergoeding een einde neemt uiterlijk op de eerste dag van de maand waarin de werknemer over een mobiliteitsbudget beschikt. 

Veranderlijke mobiliteitsvergoeding

Aanvankelijk was voorzien dat het bedrag van de mobiliteitsvergoeding, eens vastgesteld,  niet meer zou veranderen (zelfs als de werknemer van functie verandert en deze functie gepaard gaat met een duurdere of minder dure bedrijfswagen).

Het ontwerp bepaalt dat de mobiliteitsvergoeding bij verandering van functie of bevordering voortaan kan worden verhoogd of verlaagd wanneer de werknemer door die verandering of bevordering tot een functiecategorie behoort waarvoor een hogere of lagere bedrijfswagen is voorzien.

Versoepelde antimisbruikmaatregel

De mobiliteitsvergoeding mag niet worden toegekend in ruil voor een bestaande bezoldiging, met (logische) uitzondering van de bedrijfswagen zelf of enig ander voordeel dat in ruil ervan werd ontvangen,  zoals blijkt uit de arbeidsovereenkomst.

Verduidelijking: aftrek van de persoonlijke bijdrage

Dit was vergeten in de oorspronkelijke tekst: de persoonlijke tussenkomst van de werknemer wordt eveneens afgetrokken van het belastbaar jaarlijks voordeel (en niet alleen van het bedrag van de mobiliteitsvergoeding).

Inwerkingtreding

De inwerkingtreding van de wijzigingen is (zoals het mobiliteitsbudget) voorzien op 1 januari 2019. Alleen de verduidelijking aangaande de aftrek van de persoonlijke bijdrage van het belastbaar voordeel treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 1 januari 2018. We merken hierbij op dat Group S in haar loonprogramma en haar simulatietool CarSim al rekening hield met deze regel.

Opgelet! Het ontwerp is niet definitief. Het kan vóór publicatie nog worden gewijzigd. We nodigen u uit regelmatig onze website te raadplegen.

Bron: Wetsontwerp van 3 december 2018 tot wijziging, wat de mobiliteitsvergoeding betreft, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en de wet van 30 maart 2018 betreffende de invoering van een mobiliteitsvergoeding, Parl. doc. nr. 3382.